A Perfect Day, de eerste Engelstalige film van de Spaanse regisseur Fernando
León de Aronoa (Los lunes al sol), is een oorlogskomedie in de traditie van
Catch 22, MASH en Good Morning, Vietnam. Centraal staat een internationaal
groepje humanitaire hulpverleners op de Balkan, vlak na de Bosnische
burgeroorlog in de jaren negentig. Die inderdaad wel wat af te reageren hebben.
De plot is van een doeltreffende eenvoud: de hulpverleners, aangevoerd door de
vermoeide Mambrú (Benicio Del Toro), moeten binnen twaalf uur een lijk uit een
put zien te krijgen, voordat het water te verontreinigd is om nog te kunnen
drinken. Probleem: de dooie is loodzwaar en er is geen touw. En de VN werkt
tegen. En er hoeft maar iets te gebeuren of er breken opnieuw gevechten uit. En
dan zijn er ook nog allerlei spanningen tussen Mambrú's collega's (gespeeld door
onder anderen Tim Robbins en Olga Kurylenko).
In wezen is A Perfect
Day een verzameling losse sketches over het slopende en frustrerende, maar toch
ook romantische werk van noodhulpverleners, dat effectief aan elkaar is geregen
door die zoektocht naar het touw. Dat veel verwikkelingen een authentieke
indruk maken, is allicht te danken aan het bronmateriaal: de film is gebaseerd
op de Spaanse roman Dejarse Llover van Paula Farias, die zelf lange tijd voor
Artsen Zonder Grenzen werkte.
Regisseur León de Aronoa heeft wel wat
moeite om te schakelen tussen het komische gekibbel van de hulpverleners en de
oorlogsellende. Zijn muziekkeuzes zijn bijvoorbeeld weinig subtiel: luchtigheid
wordt begeleid door vrolijke punk, drama door Marilyn Manson. En dat terwijl de
humor meer van het onderkoelde soort is.
Die humor, dat is ook nog
wel iets. De acteurs leveren hun teksten alsof het om messcherpe screwball-
dialogen gaat, maar zeker de helft van de grapjes is eigenlijk erg flauw.
Is dat erg? Gek genoeg valt het mee. A Perfect Day heeft een enorme
sympathiefactor, vooral omdat de cast er zichtbaar zo'n plezier in heeft. En zeg
nou zelf: noodhulpverleners in Bosnië, die onder de beroerdste omstandigheden
nog opgewekt blijven, wie kan daar nou cynisch over doen?
De hardste grappen schijnen te worden gemaakt op de grimmigste werkplekken: in de ambulance, bij de recherche, aan het front. Kwestie van afreageren. Dat verklaart het genre van de oorlogskomedie, ook al zou je oorlog en humor in eerste instantie misschien niet met elkaar associëren.