Het is heden ten dage een gedurfde zet voor een machtige filmstudio als Disney: een groots opgezette avonturenfilm lanceren die op geen enkele wijze gebaseerd is op een bestaande superheldenfranchise of boekenreeks. Des te jammer dat Project T (in Amerika uitgebracht als Tomorrowland) op vrijwel elk vlak mislukt is.

Aan de ambitie van de makers — coscenarist en regisseur is Brad Bird, die furore maakte bij Pixar — heeft het niet gelegen: geïnspireerd door de utopische toekomstvisie van oprichter Walt Disney verhaalt Project T over tiener Casey Newton (Britt Robertson), een immer optimistische jonge heldin die via een mysterieuze speld in de toekomst belandt. Daar aangekomen ontdekt ze een sprankelende en zonovergoten stad, waar jet-packs en reusachtige witte wolkenkrabbers het luchtruim domineren, en waar oorlog, armoede en het broeikasprobleem voorgoed verleden tijd zijn.

Later blijkt dat slechts een reclamespot voor Tomorrowland te zijn, zoals de stad van de toekomst heet. Waarna Casey de wereld van de ondergang dient te redden, met een beetje hulp van George Clooney en een verbazingwekkend sterk en daadkrachtig Brits meisje.

Meer verklappen over de plot zou zonde zijn: niet voor niets hield Disney jarenlang krampachtig geheim waar Project T nou precies over ging. En met een heuse guerrillacampagne in de Nederlandse straten, waar het logo van de film op stoeptegels werd gespoten, werd (tevergeefs) geprobeerd een hype rond het mysterie te creëren.



Aan de andere kant: meer duidelijkheid zou ook een hoop teleurstellingen kunnen voorkomen. Project T is geen intelligente scifi-actiefilm boordevol vernuftige inventies en intrigerende toekomstvisies, maar een uiterst braaf avontuur voor de hele familie. Met een centrale boodschap die even infantiel als afgezaagd is: een sprankeltje hoop en een dosis techno-positivisme is alles wat de mensheid nodig heeft om de Apocalyps te voorkomen.

Dat simplisme is nog tot daar aan toe: het zal de jongste kijkers, die duidelijk de doelgroep zijn, best kunnen bekoren. Maar schadelijker is het totale gebrek aan inspirerende hoofdpersonages, die ook nog eens weinig chemie met elkaar hebben. Het humanisme van Steven Spielberg wordt node gemist, net als de charmante humor van de Back to the Future-trilogie.

En ook technisch is er een hoop mis: de montage is met name het eerste uur een gigantische bende, de muziek van componist Michael Giacchino volledig inwisselbaar en een aanzienlijk deel van de special effects overtuigen niet. Enig lichtpuntje is Tomorrowland zelf, dat er bij vlagen beeldschoon uitziet. Met dank aan het futuristisch amusements- en museumcomplex Ciutat de les Arts i les Ciències in Valencia, dat dienst deed als set.

Maar al met al is Project T vooral een lege huls: rijk aan degelijke actiesequenties en conservatieve slapstick, arm aan ideeën.