Grapje van Pixar, dat zo een alternatieve prehistorie laat beginnen waarin
dinosaurussen het land bewerken en de mens een keffend schoothondje zal blijken
. Het verschaft de makers in principe de vrijheid om met allerlei magie en
fantastische verschijningen op de proppen te komen. Alleen, dat doen ze niet.
Zeker, er zijn grappen, al ontbreekt Pixars typische tongue-in-cheekhumor. En er
zijn fantastische verschijningen, zoals de traag pratende styracosaurus, die
net iets te veel van bepaalde planten lijkt te hebben gesnoept.
Maar
de hoofdrol is voor het groen en het blauw, het water, de lucht en de planten,
en voor het gevoel van vrijheid dat al die enorme ruimte oproept. Helaas word je
ook lastiggevallen met het grijsgedraaide mantra over angsten overwinnen en
trouw aan jezelf blijven, maar die boodschap overheerst gelukkig niet. Na het
wat meer cerebrale Inside Out mikt Pixar met The Good Dinosaur op een wat jonger
publiek. Niet alleen door een beperkter emotioneel palet te gebruiken, ook door
de animatie van Arlo de kleine dino en Spot – schattigste oermens ever – die
als een soort proto-Tom Sawyer en Huckleberry Finn door het Noord-Amerikaanse
landschap zwerven. Gevaar is er wel, maar meestal komt dat uit onverwachte hoek
. Zelfs de tyrannosaurussen zijn sympathiek.
Voordat die twee elkaar
ontmoeten, leeft Arlo thuis op de boerderij met vader, moeder en een grotere
broer en zus. Arlo is een beetje onhandig en bovendien niet sterk, dus kan hij
nog niet zijn sporen nalaten, zoals de anderen. Wanneer Arlo met vaders hulp
zijn angsten probeert te overwinnen tijdens een uitstapje naar een nabijgelegen
de rivier, barst een gigantisch onweer los en wordt Arlo meegenomen door het
water. Heel ver van huis wordt hij wakker en loopt Spot tegen het lijf. Samen
proberen ze de weg terug te vinden.
The Good Dinosaur voelt een
beetje als een extreem goed uitgewerkte schets van een grotere en betere film,
en misschien is dat de reden dat de release anderhalf jaar vertraagd werd. Hoe
dan ook is het nog steeds vermakelijke animatie waar iedereen vanaf een jaar of
zeven naartoe kan. Ook een keffend mensenkind.
Het begint, zoals alles, met een stuk steen. Zo'n beetje ter grootte van een kleine metropool, die recht op de aarde af gaat. Ah, denk je, het einde van de dinosaurussen. Maar nee, de dino's kijken op en zien de meteoor voorbijvliegen.