Bij het kijken naar tv-serie The Following, waarin
Bacon de hoofdrol speelt, is het vooral een ander spelletje dat de aandacht
afleidt: herken het filmcliché.
De serie is ontsproten aan het brein
van scenarist/producent
Kevin Williamson. Net als de meeste films die hij schreef (o.a.
Scream 1,
2, 3
en 4
) draait The Following om een seriemoordenaar. Een ex-professor Engelse
literatuur ditmaal, die is geïnspireerd door het werk van Edgar Allan Poe. Bacon
speelt agent Ryan Hardy, wiens hulp wordt ingeroepen wanneer deze Joe Carroll (
James Purefoy) uit de gevangenis ontsnapt. De twee delen namelijk een
verleden.
Alleen al in de pilot van The Following wordt geen formule
uit het griezel- en politiefilmhandboek overgeslagen. Het begint meteen goed:
we ontmoeten Hardy als die met een kater wordt wakker gebeld – een shot van een
lege drankfles bevestigt nog even dat hij niet zomaar hoofdpijn heeft. Met
tegenzin neemt hij op. ‘We hebben je nodig, Hardy,’ klinkt de sombere stem van
zijn voormalige FBI-baas. Waarop de hoofdpersoon reageert: ‘I’m not an agent
anymore.’
Zo gaat het verder: als Carroll opnieuw heeft toegeslagen, is
de spanning tussen Hardy en zijn oud-collega’s op de plaats delict te snijden.
Hardy ziet meteen overal aanwijzingen, maar wordt door niemand serieus genomen.
Wanneer hij op onderzoek uitgaat in een donker huis of vervallen loods, wacht
hij nooit op versterking, schakelt nergens het licht aan en vergeet steeds een
wapen mee te nemen. En als Carroll hem op zeker moment te pakken heeft, steekt
die eerst een lange monoloog af om zijn daden te verklaren.
Het kan
niet anders of Kevin Williamson is zich van al die gemeenplaatsen bewust. In
zijn Scream-films speelt hij expliciet met horrorclichés door de personages die
steeds te laten benoemen. Maar een dergelijke knipoog ontbreekt in The Following
– de sfeer is zwartgallig en bloedserieus. De afspraak lijkt te zijn: alle
geijkte formules worden omarmd, maar binnen die strakke kaders wordt de spanning
zo hoog mogelijk opgevoerd.
En het moet gezegd dat de makers daar
aardig in slagen. Afgezaagd of niet, het idee dat in elke schaduw een man met
een mes kan schuilen, drijft je als kijker geregeld naar het puntje van je stoel
. Vooral omdat er niet kinderachtig wordt gedaan over een litertje bloed meer of
minder – voor een mainstream tv-serie is The Following uitzonderlijk luguber.
De titel verwijst bovendien naar een slimme scenariovondst: in de gevangenis
blijkt Carroll via internet een gevolg te hebben verzameld van allerlei labiele
types die hij heeft opgeleid tot een soort ‘copycat killers’. Daardoor kan elke
onschuldig ogende figurant zich plots onthullen als bloeddorstige moordenaar.
Dat het verhaal verder de diepgang heeft van een Suske en Wiske wordt enigszins
gecompenseerd door de prima acteurs (met name de altijd betrouwbare Bacon), die
nog enige menselijkheid weten te suggereren. Ook helpt het hoge tempo de
aandacht af te leiden van de meest vergezochte wendingen.
Onderhoudend exploitatievermaak, niets meer of minder.