De Noorse bestseller Halvbroren van Lars Saabye Christensen, uit 2001, is zo'n 650 pagina’s dik. Uitstekend idee dus om de roman te verfilmen als tv-serie, in plaats van alleen de hoogtepunten samen te vatten in anderhalf uur film.
Er is immers meer dan genoeg te vertellen. The Half Brother, zoals de Noorse
serie internationaal heet, is een epische familiegeschiedenis die - in de vorm
van een raamvertelling - zo'n halve eeuw omspant.
Eind jaren tachtig
trekt dertiger Barnum Nilsen (
Nicolai Cleve Broch) zich terug in een desolaat huisje met uitzicht op een
fjord om het verhaal van zijn familie op papier te zetten. Op een ouderwetse
typemachine, fles whisky bij de hand, terwijl de gammele hut wordt geteisterd
door wind en regen - de romantische, ietwat ‘larger than life’ sfeer is meteen
gezet.
Barnums verhaal begint op 8 mei 1945 - bevrijdingsdag in
Noorwegen. De negentienjarige Vera (Mariann Hole) woont met haar moeder en
grootmoeder in een appartement in Oslo en wordt op de gemeenschappelijke zolder
verkracht door een onbekende man. Negen maanden later wordt Fred geboren. Na een
paar jaar trouwt Vera met de zonderlinge handelsreiziger Arnold (
Jon Øigarden) en wordt een tweede zoon geboren: Barnum, de latere schrijver
dus.
Omdat Arnold vaak op pad is, worden de halfbroers opgevoed door
de drie generaties vrouwen. Ze ontwikkelen al snel een haat-liefdeverhouding
met elkaar. Kleine Barnum is een slim, vriendelijk pispaaltje, terwijl
opstandige, dyslectische Fred (Frank Kjosås) zich altijd in de nesten werkt.
Om het verhaal wat spanning mee te geven, worden al in een vroeg stadium
diverse mysteries geïntroduceerd die vroeg of laat moeten worden opgelost. De
volwassen Barnum vertelt dat Fred op een dag ineens spoorloos verdween. Waar is
hij gebleven? En welke drama’s speelden zich voor zijn verdwijning af? En dan is
er nog altijd de vraag naar de identiteit van Freds vader.
Een
filmversie van het verhaal zou misschien vooral op die mysteries zijn gericht,
maar in de serie kan gelukkig de tijd worden genomen voor poëtische terzijdes en
allerlei licht-absurdistische details. Het zijn vooral de subplotjes die
intrigeren en het verhaal diepte geven: de jeugd van vader Arnold als
circusclown, de onverwachte bokscarrière van Fred, het lot van de overgrootvader
van de jongens, die als ontdekkingsreiziger omkwam op Groenland.
Door het geduldige tempo en de humane toon doet dit familie-epos bij vlagen
denken aan de prachtige Italiaanse miniserie
La meglio gioventù, terwijl de markante personages en bizarre wendingen de
romans van John Irving in gedachten brengen. Daarbij heeft de serie, dankzij
origineel camerawerk, een degelijke cast en goede benutting van de fraaie Noorse
locaties, een opvallend filmisch karakter.
Jammer dat die geslaagde
toon echter niet tot het einde wordt volgehouden. De productie – in acht
episoden van zo’n vijftig minuten – is uiteindelijk tóch te lang. Het verhaal
gaat kabbelen, de hoofdpersonen verliezen hun charme en de verjaring van sommige
personages (kloddertje grijze haarverf hier, plaksnorretje daar) vergt nogal
wat suspension of disbelief.
Merkwaardig: ten slotte zijn
het eigenlijk de hoofdlijnen van de plot - die eerdergenoemde mysteries - die
het minst boeien. Maar de weg naar de halfbakken climax toe, vol kleurrijke
personages, memorabele scènes en interessante thema’s, maakt The Half Brother
toch wel een aanrader.
The Half Brother. Regie: Per-Olav
Sørensen. Scenario: Mette Marit Bølstad. Nu verkrijgbaar op dvd. Geen
extra’s.