Het is niet moeilijk te begrijpen wat Martin Scorsese aantrok in het verhaal van de politiethriller Infernal Affairs. Daarin staan thema's centraal als loyaliteit, schuld en boete en het vervagen van ethische grenzen - thema's die de filmmaker, die ooit serieus priester wilde worden, sinds zijn eerste, semi- autobiografische films Who's That Knocking at My Door en Mean Streets steeds weer aansnijdt.
Niet dat Scorsese zelf op het idee kwam een remake van de Aziatische film te maken. Toen de opnames voor The Departed net waren begonnen , gaf hij in interviews toe dat hij Infernal Affairs nog niet eens had gezien. Eigenlijk had hij besloten helemaal geen gangsterfilms meer te maken, maar het script dat hem door Warner Brothers was toegespeeld vond hij naar eigen zeggen zo uniek dat hij het niet kon laten liggen.
Dat script was in opdracht van de studio geschreven door William Monahan, die eerder het scenario voor Ridley Scotts kruistochtendrama Kingdom of Heaven schreef. Op zijn beurt liet ook Monahan Infernal Affairs ongezien; om zijn fantasie niet te beperken, baseerde hij zich alleen op een vertaling van het oorspronkelijke Chinese script .
Scorsese zelf neemt het woord 'remake' liever niet in de mond, maar de ingenieuze plot van het origineel wordt in The Departed wel erg trouw gevolgd. Verrassend genoeg is de actie niet verplaatst naar de maffiawereld van New York , die we zo goed leerden kennen in Scorseses eerdere misdaadfilms, maar naar de Iers-Amerikaanse onderwereld van Boston, waar scenarist Monahan opgroeide.
Daar maakt de manische gangsterbaas Frank Costello (Jack Nicholson) de dienst uit. Onder zijn handlangers bevindt zich Billy Sullivan (Matt Damon), een wees die Costello al op jonge leeftijd rekruteerde en uiteindelijk naar de politieschool stuurde om te kunnen infiltreren bij het plaatselijke gezag.
Tegelijk met Sullivan wordt ook diens oud-jaargenoot Billy Costigan (Leonardo DiCaprio) aangenomen bij de politie. Costigan komt uit een crimineel milieu, dat hij hoopt te kunnen ontvluchten door agent te worden. Maar zijn connecties maken hem juist geschikt voor undercoverwerk, dus wordt hij er door politiechef Martin Sheen in het geheim op uitgestuurd om te infiltreren in de bende van Costello.
Al snel ontdekken de gangsters én de politie dat er spionnen in hun midden zijn, maar om wie het gaat weet niemand. Terwijl beide infiltranten hun best doen onopgemerkt te blijven, raken ze steeds verder verstrikt in hun eigen leugens en bedrog.
De plot van Infernal Affairs mag amper zijn gewijzigd, toch is The Departed een heel andere film geworden. Van een ingetogen misdaaddrama van 97 minuten maakte Scorsese een uitbundige actiethriller van tweeënhalf uur. Terwijl Infernal Affairs - helemaal voor een politiefilm uit Hongkong - opvallend terughoudend is qua geweld, gooit Scorsese op dat gebied alle remmen los, zoals we van hem gewend zijn. Hij neemt ruim de tijd om de misdaadwereld van Boston te introduceren, met de aanstekelijke vaart en souplesse die ook zijn gangsterepos Goodfellas uit 1990 zo geslaagd maakte.
Bovendien heeft scenarist Monahan diverse rollen uitgebreid en er een paar randfiguren bij verzonnen. Opvallendst is de versmelting van de vriendinnen van de hoofdpersonen in het origineel tot één en dezelfde vrouw. Deze voor de politie werkzame psychiater (nieuwkomer Vera Farmiga) begint nietsvermoedend een relatie met haar collega Sullivan, maar voelt zich ook aangetrokken tot Costigan, die zijn werkstress op haar bank komt bespreken.
Het is een zoveelste schakel en spanningselement tussen de twee mannen die als kat en muis om elkaar heen cirkelen, maar blijft ook een beetje een gekunstelde constructie . Geslaagder is de uitbreiding van het personage van de gangsterbaas, waar Jack Nicholson op hem typerende wijze een compleet verdorven maniak van maakt. Frank Costello heeft trekken van The Joker uit Batman en de duivel uit The Witches of Eastwick, maar is onder begeleiding van Scorsese, die het ultieme kwaad als goed katholiek nog altijd recht in de ogen durft te kijken, nog heel wat angstaanjagender.
In interviews wilde de regisseur er niet te veel over kwijt, maar het schijnt dat Nicholson vooraf veel eigen inbreng eiste en Costello grotendeels zelf heeft vormgegeven, inclusief geïmproviseerde teksten en zelf geïnitieerde scènes.
Zoals vaker het geval is, gaat Nicholson daarbij soms flink over the top, maar uit de toon valt hij eigenlijk nooit, want ondanks de serieuze thematiek heeft de hele film een tamelijk luchtige ondertoon. Met z'n spitsvondig schmierende agenten (vooral de vuilbekkende Mark Walberg steelt de show) en soms ongemakkelijk komische geweld zou je The Departed zelfs een echte post-Tarantino-misdaadfilm kunnen noemen, terwijl Tarantino's misdaadfilms weer deels zijn geënt op het werk van Scorsese. Een merkwaardige ontwikkeling, maar wel eentje die in dit geval vruchten afwerpt: The Departed kijkt weg als een filmische achtbaanrit.
Is het ook een betere film dan Infernal Affairs? Het is vooral een ándere film en daarom mag je die vraag misschien niet stellen, maar wie het origineel heeft gezien en het werk van Scorsese kent, zal zich misschien toch niet aan het idee kunnen onttrekken dat er iets meer in had kunnen zitten. Wat de Hongkongse film zo bijzonder maakt is de existentiële laag in het verhaal. Doordat beide infiltranten zo opgaan in hun rol, nemen ze elkaars identiteit in zekere zin over en wordt de scheidslijn tussen goed en kwaad steeds vager. Door het overtuigende spel van Matt Damon en vooral Leonardo DiCaprio in The Departed ga je als kijker een eind mee in hun identiteitscrises, maar de diepere lagen van het originele gegeven worden toch wat overschaduwd door alle uitbundige bijfiguren, en vooral ook door de keuze van Scorsese en Monahan om het slot van de film te wijzigen.
De ontknoping van Infernal Affairs werkt als een clou, die de zorgvuldig opgebouwde ambiguïteit in het verhaal compleet maakt. Eigenlijk precies zoals de slotscènes van Scorsese-klassiekers als Mean Streets , Taxi Driver en The Age of Innocence dat doen. In The Departed wordt echter nog een plotwending toegevoegd waarmee alles netjes wordt afgerond en niets meer aan de fantasie wordt overgelaten. De kijker mag nog wel bepalen of Scorsese zijn film daarmee afsluit met een cynisch statement of juist een soort verwrongen happy end.