Tijdens het IFFR 2008 valt er kennis te nemen van een aantal nieuwe producties uit Rusland, bekend om zijn lange traditie van poëtische en uiteraard politiek gek(l)eurde cinema. Hoewel 1989 een einde maakte aan het Sovjet- tijdperk waarin een zeer specifieke Russische filmcultuur en –productie kon gedijen, lag in dat jaar van de ommekeer ook de weg open voor nieuwe, andere geluiden. Als er één zekerheid was, dan deze: gedaan was het met de zekerheden.
Een van de regisseurs die na de implosie van de communistische dictatuur tegen de financiële verdrukking in films bleef maken is Svetlana Proskoerina. Als een van de Filmmakers in Focus krijgt Proskoerina, sinds 1991 met tussenpozen op het IFFR met werk vertegenwoordigd, tijdens de 37ste editie van het festival bijzondere aandacht.
De in 1948 in Krivets, Novgorod geboren Svetlana Proskoerina schrijft en regisseert sinds het begin van de jaren tachtig. Haar bespiegelende en vaak elliptische stijl, die beduidend meer beeldend is dan talig, ligt in het verlengde van die van Aleksander Sokoerov. Proskoerina schreef onder meer aan het script en de dialogen van Sokoerovs cinematografische meesterzet Russian Ark (Russkiy kovcheg; 2002). Deze virtuoos in één ononderbroken take opgenomen spirituele wandeling door de Sint Petersburgse Hermitage en eeuwen Russische geschiedenis is tot dusver Sokoerovs bekendste film. In 2003 draaide Proskoerina met Ostrova. Aleksander Sokoerov een documentaire over het boegbeeld van de Russische kunstzinnige cinema. Deze ode aan haar generatiegenoot en inspiratiebron is een van de films die in het Filmmaker in Focus-retrospectief worden vertoond.
In titels als Wals van het toeval ( Sluchajnyj vals; 1989) en Weerspiegelingen (Otrazhenije v zerkale; 1992) is de toon van Proskoerina’s dwarse onthaastingscinema al vervat. De laatste film schildert het portret van een succesvolle maar ongelukkige acteur, met minimalistische mimiek gespeeld door Proskoerina’s wederhelft Viktor Proskoerin. In zijn pogingen om zich aan de houdgreep van de klassieke midlifecrisis te ontworstelen, helpen ook amoureuze avonturen hem slechts verder geestelijk de vernieling in. Van de ondraaglijke verplichtheid van het bestaan in deze Weerspiegelingen is het slechts een paar meter naar het ingetogen sombere dat Sokoerovs werk kenmerkt. Frivoliteiten vallen hier niet te verwachten, wel veel contemplatieve stiltes waarin de zielepijn van de dolende personages welhaast te horen is.
Het International Film Festival Rotterdam heeft de wereldpremière van Proskoerina’s nieuwe drama De beste tijd van het jaar (2007). Daarin is de man van wie twee zeer verschillende vrouwen veel hielden weliswaar overleden, maar in het hart en de psyche van de dames woekeren de herinneringen en ressentimenten voort. Niet het leven als abstractie trekt diepe voren in de mensenziel. Het is de mens zelf die , alle Russische fatalisme ten spijt, daarvoor verantwoordelijk is.