Tieneridool Zac Efron speelt in Me and Orson Welles een zeventienjarig bluffertje dat ineens wordt opgenomen in het theatergezelschap van Het Genie. Maar de bijrol van Christian McKay als Welles maakt de meeste indruk.

Er bestaat een beroemde en veelzeggende anekdote over filmlegende Orson Welles (1915-1985). Daarin moet hij in Chicago een theatervoorstelling geven op een dag dat een sneeuwstorm de stad zo goed als lam heeft gelegd. Als een van de weinigen heeft Welles het theater wel bereikt en tegen de handvol bezoekers die de storm ook hebben getrotseerd zegt hij:' Goedenavond, ik ben Orson Welles, regisseur, schrijver, artiest, illusionist, beroemd van theater,  bioscoop en radio, en ook nog een heel behoorlijke zanger. Waarom zijn er zoveel van mij en zo weinig van jullie?'

Inderdaad, Orson Welles was nogal vol van zichzelf en eigenlijk had hij daar ook alle reden toe. Bekend zijn natuurlijk War of the Worlds, zijn wereldschokkende radiohoorspel over een invasie van marsmannetjes uit 1938, en de regie van Citizen Kane, ‘de beste film aller tijden’, uit 1941. IJkpunten in de radio- en filmgeschiedenis.

Bekend is ook dat daarna alles misging en Welles decennialang als filmnomade over de wereld zwierf en uiteindelijk berooid en miskend stierf. Wat niet veel mensen weten is dat Welles voor War of the Worlds (hij was toen 23 jaar) en Citizen Kane (26 jaar) twee revolutionaire theaterproducties leidde.
Op zijn twintigste (!) ging hij naar de New Yorkse wijk Harlem, waar hij Shakespeare’s Macbeth door een geheel zwarte cast liet spelen. Hij verplaatste het stuk van Schotland naar Haïti en de drie heksen uit het stuk werden drie voodoopriesters. Welles’ versie zou de geschiedenis ingaan als de Voodoo Macbeth .

Julius Caesar
Ook Shakespeare’s Julius Caesar ging bij Welles onder het mes. In 1937, hij was toen 22 jaar, werkte hij in zijn Mercury Theatre in New York aan een revolutionaire uitvoering van dit stuk, dat hij situeerde in fascistisch Italië.

De tumultueuze totstandkoming van deze Caesar is onderwerp van de film Me and Orson Welles van regisseur Richard Linklater. Een vrijwel genegeerde film uit 2008 die nu eindelijk de Nederlandse bioscopen bereikt. Waarom deze film zo weinig wist los te maken is onbegrijpelijk.
De film is soepel en inspirerend, Linklater – maker van onder meer Dazed and Confused, School of Rock en Before Sunrise – heeft in de regel een trouwe schare volgelingen, en Welles wordt zeer aanstekelijk gespeeld door nieuwkomer Christian McKay.


Christian McKay als Orson Welles in Me and Orson Welles

Linklater vond McKay op een theaterpodium. In 2007 zag hij de toen overigens al 35-jarige Brit tijdens diens eenmansvoorstelling Rosebud: The Lives of Orson Welles. Linklater, die al jaren met het project rondliep en wist dat hij geen film had zonder een geschikte acteur voor Welles, kon stoppen met zoeken.

In interviews zei hij over McKay: ‘Christian is zelf ook heel Wellesiaans. Hij is onstuimig, briljant, heeft ongelooflijke verhalen. Al vanaf zijn vierde zegt iedereen tegen hem dat hij een genie is, vanwege zijn spel op de piano – op zijn twintigste was Christian een veelgevraagde concertpianist. En ook al was dit zijn eerste speelfilm, hij verdween helemaal in Welles. Dat kon omdat er zoveel van hem zelf in zit.’

McKay wilde ook continu met zijn regisseur overleggen over de rol. Linklater: ‘Ik heb tijdens deze film meer tijd met Christian doorgebracht dan met ongeacht welke andere acteur met wie ik gewerkt heb. Waarschijnlijk twee keer zoveel. Christian wil alles begrijpen. En dus waren we maanden bezig met het script. Hij had vragen over elke scène, elke regel. Ik heb hem bij de hele film betrokken, want dat is hoe zijn psyche werkt .’

Bluffertje
En dat voor een bijrol. Want hoewel McKay de meeste indruk maakt in de film, speelt hij niet de hoofdrol. Die is voor tieneridool Zac Efron, ster uit High School Musical 3: Senior Year. Hij speelt Richard , de ‘Me’ uit de titel, een zeventienjarig bluffertje dat op het juiste moment op de juiste plaats de juiste dingen zegt en ineens wordt opgenomen in het theatergezelschap van Welles.

De film volgt Richard in de laatste week voordat Julius Caesar in première gaat. Hij wordt verliefd op het verkeerde meisje, mag even in de schaduw van Het Genie staan, en door zijn ogen kijken we mee naar het fenomeen Welles.

Dat laatste – door de ogen van een bijfiguur kijken naar een historische figuur – is een populaire truc onder filmmakers. Marco Bellocchio deed het in Vincere (door de ogen van zijn geheime geliefde keken we naar de blote billen van Benito Mussolini), net als Kevin Macdonald in The Last King of Scotland (samen met een jonge Schotse arts zien we de gruwelijkheden van de Oegandese dictator Idi Amin) en in Peter Webbers Girl with a Pearl Earring leren we via het meisje uit de titel meer over de passies en schilderkunst van Johannes Vermeer.

De redenen voor zo’n elliptische vertelling liggen voor de hand: je ontslaat je van de verplichting om een naar de letter getrouwe biopic te maken (we kijken immers door de gekleurde bril van een ander), en als je ook nog kiest voor een fictieve bijfiguur (zoals in Me and Orson Welles), kan je het verhaal al helemaal naar je hand zetten.

Iets wat Linklater goed begreep, want Me and Orson Welles is bovenal een coming of age-verhaal geworden over de zeventienjarige Richard. Het genie van Welles en de spanning rondom een theaterpremière zijn in zekere zin achtergrond, couleur locale. Dat ze ook nog eens het beste uit de film zijn , is dan mooi meegenomen.