Daar zit de verslaggever dan. Op het zwartleren bankstel in de geblindeerde
huiskamer van filmmaker
Jamel Aattache in Rotterdam-Delfshaven. Doel van zijn bezoek is de cursus ‘
Zelf filmmaker worden’. Die wordt als volgt aangeprezen: ‘Waarom maak je niet je
eigen film? Ook jij kunt je film maken. Zonder opleiding. Ikzelf heb het ook
gedaan’.
Omdat zijn kantoor verbouwd wordt, heeft de maker van So
Be It en
Fighting Fish zijn cursisten thuis uitgenodigd. Dat zijn naast de
verslaggever de Rotterdamse scholier Uriël Matahelumual en de Limburgse student
Keyx van Lierop. Voor 199 euro leren zij in twee dagen alles over
scenarioschrijven en filmproductie. Camera’s worden dit weekend niet gehanteerd
.
De bijeenkomst begint met een rondje voorstellen.
Uriël: ‘
Mijn ambitie is filmmaker worden en ik ben vooral bezig met special effects.
Filmpjes zet ik op mijn eigen YouTube-kanaal. Tim Oliehoek volgt dat. Op het
Filmfestival Rotterdam heb ik gejureerd en voor het Sophia Ziekenhuis heb ik
Ilse de Lange geïnterviewd. Ik wilde naar de Filmacademie maar daar heb je havo
voor nodig. Heel triest.’ Maar minder triest dan het vervolg van zijn
introductie. ‘Een vriend die in een filmpje van mij speelde, pleegde zelfmoord
voordat de film uitkwam. Die film is nog bij Kunstbende vertoond. ’
Keyx studeert Mediadesign. ‘Vanaf mijn zestiende schrijf ik filmscenario’s.
Zonder contacten kom je niet op de Filmacademie en daarom wil ik naar de hku.’
Limburg blijkt geen goede plek voor aankomende regisseurs. ‘Bij de Dixons in
Roermond verkopen ze maar twee soorten videocamera’s: slechte en nog slechtere
.’
De verslaggever op zijn beurt mompelt iets over ‘heel veel foto’
s gemaakt’ waarna Jamel het woord neemt, en houdt. ‘Ik had geen zin in studeren
en dacht: ik doe het the american way. Zijn grote voorbeeld is
Robert Rodriguez. ‘Hij heeft voor zevenduizend dollar een film gemaakt. In
Mexico liet hij bloed aftappen om aan geld te komen, en ik heb bij een Gronings
ziekenhuis hetzelfde gedaan. Ook heb ik geld geleend van mijn tandarts.’
Visitekaartjes
Volgens Jamel is de praktijk de beste leerschool
. ‘Ik zeg niet dat de Filmacademie goed of slecht is, maar zelf ben ik eerst met
mijn buurman, die clips maakt, mee geweest als kabelsjouwer. En veel figureren
. Schrijf je in bij castingbureaus, zodat je leert hoe men communiceert op de
set.’
Zijn allerbelangrijkste advies is simpel: ‘Laat
visitekaartjes maken, want je bent filmmaker als je zegt dát je het bent. Is
gewoon bullshit, maar zo werkt het wel.’
Jamel begon zijn
filmloopbaan op 23-jarige leeftijd met de speelfilm So Be It. ‘Ik had toen net
Karakter gezien met
Fedja van Huêt en wilde hem graag voor de hoofdrol. Hij kon niet, maar
suggereerde
Daan Schuurmans die indertijd nog op de Toneelacademie zat. Die heeft toen
een rolletje gespeeld.’
Redacteuren van de VPRO Gids gingen deze zomer niet op vakantie, maar op cursus. Zoals voor 199 euro in twee dagen alles over scenarioschrijven en filmproductie leren. De praktijk blijkt de beste leerschool.
Het invullen van een break down
sheet (Foto: Hugo Hoes)
Terwijl de regisseur cola en
scharreleierkoeken serveert, wisselen Uriël en Keyx onder de filmposter van
Fighting Fish ervaringen uit.
Keyx: ‘Twee keer ben ik bij het filmen
opgepakt. Een keer omdat het op een verboden plek was, de andere keer omdat we
nepwapens gebruikten.’ Uriël: ‘Je kunt het beste naar België gaan; daar is veel
meer toegestaan.’ Keyx: ‘Zorg ervoor dat je weet wat je rechten zijn.’ Jamel: ‘
So Be It heb ik in 21 dagen gedraaid zonder ook maar één vergunning.’ Uriël: ‘En
je bent nog nooit gearresteerd?’
Jamel kondigt een fragmentje van
So Be It aan. ‘Dit zijn de beste dertig seconden, de rest is niet zo goed. Het
was ook niet handig van mij om met een lange speelfilm te beginnen. Na deze film
heb ik drie korte films gemaakt en vervolgens Fighting Fish, de eerste
Nederlandse martial arts film.
Ik ben gek op westerns maar dat is
niet te doen, dus werd het een eastern, uitgebracht door Universal. Ik ben
gewoon naar ze toe gestapt en zei: “ik ga deze film maken, met of zonder jullie
.” Nadat ze mijn korte film hadden gezien zeiden ze “okay”. Zevenduizend
bezoekers, waarvan de helft Chinees, hebben hem gezien.’ De regisseur praat aan
één stuk door met veel wisselende verhaallijnen. ‘Ik spring soms van de hak op
de tak.’
Over So Be It schreef de pers dat het op een afstudeerfilm
leek. Jamel: ‘Ik trots, bleek dat helemaal niet als compliment bedoeld.’
Stempel
Uriël verzamelt handtekeningen. Hij heeft onder meer
Tygo Gernandt en
Rutger Hauer. Volgens de cursusleider is Hauer heel benaderbaar. ‘Die is
heel relaxed en kun je zo een hand geven.’ Uriël heeft
Carice van Houten ook een keer gesproken. Daar kunnen de verslaggever en
Keyx niet tegenop.
Voordat aan het belangrijkste onderdeel van deze
zaterdag, scenarioschrijven, wordt begonnen vangt de verslaggever nog een
primeur op. ‘Ik ben bezig met een film van acht ton, maar kan daar nog niet meer
over vertellen. Je moet niet te lang in de lowbudgethoek hangen, anders krijg
je dat stempel.’
Uriël: ‘Marketing, hoe doe je dat eigenlijk?’
Jamel: ‘Simpel. Gewoon naar Google en marketing + film invullen.' Het antwoord
wordt genoteerd.
Jamel vertelt dat een scenario drie onderdelen
kent: begin, midden en einde. Maar hoe krijg je een verhaal? Jamel: ‘Een
scenario schrijf je naar het einde toe. Stel ook altijd een deadline.
Bijvoorbeeld, een jaar, of drie jaar, en hou je daar aan. Tenzij het echt niet
anders kan, dan neem je nog wat meer tijd. En elke dag schrijven. Al komt er
niets uit, toch doen.’
Aan inspiratie heeft Keyx geen gebrek. ‘Ik
heb heel veel ideeën. Soms zie ik iets bij de bushalte en wil ik dat direct
laten zien. Ik ga me niet doodstaren op regie; producent of agent worden is ook
goed.’
Met scripts valt veel geld te verdienen, weet Jamel. ‘Ik ken
een jongen die zestigduizend euro voor zijn script kan krijgen, maar hij wil
het alleen verkopen onder de voorwaarde dat hij zelf de hoofdrol mag spelen.’
Inzichtelijk
Het einde van de middag nadert en de cursisten
kijken uit naar het ‘Lagenspel’ dat de cursusleider vanmiddag al een paar keer
noemde. ‘Heb ik ooit gespeeld tijdens een cursus in L.A.. Ik dacht, damn, dat ga
ik straks in Nederland ook gebruiken.’
Uriël vraagt hoe je acteurs
regisseert. Jamel: ‘Vooral veel aandacht geven. En nooit zelf iets voordoen,
alleen sturen. Anders zeggen ze: waarom doe je het niet lekker zelf?’
Dan is het eindelijk tijd voor het ‘Lagenspel’ en mogen de cursisten acteren.
Een vechtscène, de eerste keer zonder woorden, daarna met.
Verslaggever (
maakt slaande beweging): ‘Zo die had je nog tegoed.’
Uriël: ‘Omdat ik je
dochter heb vermoord?’
Keyx (springt tevoorschijn): ‘Nee, ik heb haar
vermoord.’
Hiermee wordt inzichtelijk dat andere woorden bij
dezelfde handeling verschillende boodschappen vertellen. Na deze oefening zit de
eerste duizelingwekkende cursusdag erop en met een dvd van Jamels film vertrekt
men.
Uriël, die zelf heeft gespaard voor de cursus, is dik tevreden. ‘So
. Wat een chille gast. Bij veel cursussen gaat het heel anders.’ Ook Keyx toont
zich content, zeker gezien de prijs-kwaliteitverhouding. ‘Als je in New York een
cursus scenario schrijven volgt ben je zo 100.000 dollar kwijt.’
De volgende dag begint hangend voor het huis van Jamel, want die komt twintig
minuten te laat. Desondanks blijft de sfeer relaxed.
Uriël: ‘Pas heb ik
Iron Man II gezien.’
Keyx: ‘Is die net zo vet als I?’
Uriël: ‘
I is vetter.’
Jamel: ‘I is goed. Die heb ik ook gezien.’
Keyx: ‘
Vaak zie ik wel drie films per week. Soms zegt iemand: “je moet toch alle films
zien.” Dan zeg ik “ja gast, ik kan niet alles zien.” Van
The Godfather bijvoorbeeld heb ik nog steeds het einde niet gezien.’
Jamel: ‘Dat is mijn favoriet aller tijden.’
Keyx: ‘Dat bedoel ik nou.’
De student Mediadesign vraagt of specialiseren zin heeft. Jamel: ‘Ik had wel
meer kungfu-films kunnen maken, daar heb ik ook buitenlandse uitnodigingen voor
gehad, maar ik wilde dat niet de rest van mijn leven blijven doen. Al had ik dan
wel een groter huis.’
De verslaggever probeert eens een andere
stoel.
Uriël wil weten hoe je aan visitekaartjes komt. Jamel: ‘Even
googlen. Liever iets professioneels dan zelf plakken en knippen. Ook geen
kaartjes gebruiken met doorgestreepte telefoonnummers, dat is amateuristisch.
Erg goed is een eigen website. Zelf heb ik er ook eentje in elkaar geflanst.’
Vandaag staat de productie, waaronder fondsenwerving, op het programma. Jamel
legt uit wat de beste manier is om geld van fondsen te krijgen. ‘Je moet in je
subsidieaanvraag een beetje naar potjes toe schrijven. Bijvoorbeeld iets met
multiculti. En als je geld in Utrecht vraagt, zeg je dat je film in Utrecht in
première gaat.’
Jamel adviseert ook informele methoden. ‘Ga naar
filmfestivals en zoek de cocktailparty’s. Daar zit het geld. Soms moet je
daarvoor over hekken klimmen, maar dat levert wel wat op. Na 9/11 is dit
trouwens wel lastiger geworden. Soms word je er direct weer uitgegooid. Nou en?
So be it.’
Keyx: ‘Ben je niet bang voor je naam?’
Jamel: ‘
Welke naam? Als beginner heb je niets te verliezen.’
Uriël: ‘Heb je daar
ook beroemde mensen gezien?’
Jamel: ‘Jawel, maar het gaat mij om het werk
.
Tarantino heb ik niet gesproken, wel gezien. Ik was het hotel binnengestapt
waar de hele cast van
Kill Bill zat. Liever ontdek ik jonge talenten. Als die dan later een Oscar
winnen kun je ze bellen. Zelf ben ik er nog niet, maar door Fighting Fish ben ik
wel een beetje bekend.’ Keyx: ‘
Katja Herbers, die zou ik graag een keer in mijn film hebben.’
Dode goudvis
De woordenstroom van de cursusleider verdraagt
weinig oponthoud. ‘Sponsoring is belangrijk. De poster van Fighting Fish hing in
alle Chinese restaurants en we kregen ook altijd gratis Chinees op de set.
Toen ik een keer naast Albert Heijn filmde, ontvingen we gratis broodjes en
drankjes in ruil voor zogenaamde vip-kaarten. Je moet alles zo goedkoop mogelijk
doen. Het verschil tussen een lowbudget- en een andere film is meestal het
salaris van de acteurs. Vraag dus of ze gratis willen meedoen.’
Ook al
spelen acteurs soms voor niets, ze moeten wel eten. ‘Zorg dat er altijd warm
eten is op de set, anders lopen ze weg. En veel snoep.’
Na het
bekijken van Jamels korte film Buren volgt een bijbehorende opdracht. Een
breakdown sheet moet worden ingevuld, dat is een formulier waarop per scène
beschreven staat wat aan kostuums, props, cast en dergelijke aanwezig moet zijn
op de set. Natuurlijk kent deze oefening een instinkertje: de dode goudvis uit
Buren. In welke categorie hoort die? De verslaggever gokt op ‘cast,’ de rest
denkt ‘props.’ Het blijkt echter een ‘special effect’ te zijn. Jamel: ‘Ik had
hem zelf ook onder “props” gezet. Daarom kwamen ze met een levende, terwijl ik
een dode goudvis nodig had.’
Het einde van de cursus nadert. Uriël
trekt de stoute schoenen aan en doet een verzoek. ‘Ik heb een zelfgemaakt
filmpje meegenomen. Wil je die laten zien en commentaar geven?’ Dat wil Jamel
wel, en hij is redelijk enthousiast. ‘Goede special effects en sterk camerawerk
. Ik zie dat je talent hebt.’ Uriël glundert. Dan start hij de aftiteling. ‘
Praat zoveel mogelijk over film. Dan begint het te stromen en komt wellicht de X
-factor. Die begint bij jezelf en, wie weet, eindigt die in Hollywood.’ Uriël
zorgt voor een happy end. ‘Jamel, mag ik je handtekening?’