Willeke Geertje van Ammelrooy zit al 46 jaar in het vak en heeft in ruim zeventig films gespeeld. Ondanks de verschillende genres waarin ze heeft gespeeld, speelt ze altijd de rol van de krachtige en pure vrouw: 'daarin herken ik mijn eigen drang naar ruimte en vrijheid.' Een geschreven portret van één van de diva's van de Nederlandse films.

De feiten
Geboren: 5 april 1944, Amsterdam
Actief als: acteur, regisseur, schrijver, producent.

Eerste film: kleine rol in De knecht van twee meesters (1966) van Joris Ivens. Doorbraakfilm : Mira (1971) van Fons Rademaker.

Prijzen: Gouden Kalf voor beste actrice voor haar rol in Antonia (1995) en Lijmen/Het been (2000); ere-Rembrandt voor haar oeuvre; Grolsch Film Boulevard; Gouden Kalf voor de Cultuurprijs 2012 . 

Beste film
Het is moeilijk kiezen tussen Van Ammelrooys debuutfilm Mira en het komische drama Antonia bijna dertig jaar later . De keuze valt toch op Antonia waar Van Ammelrooy de titelrol speelt; een weduwe die vanaf haar sterfbed terugblikt op de vijftig jaar in haar kleine geboortedorp. Antonia won in 1996 de Oscar voor beste buitenlandse film en sleepte nog twee Gouden Kalveren in de wacht; één voor Van Ammelrooy en één voor regisseur Marleen Gorris. Ook zien: Het jaar van de kreeft (1965), Mira (1966 ), Een vlucht regenwulpen (1981), De lift (1983), Ciske de Rat (1984) en, het door haarzelf geschreven en geregisseerde, De vlinder tilt de kat op (1994).

Slechtste film
In de vroege jaren zeventig speelde Van Ammelrooy in een aantal soft-pornografische Franse films. Daar schaamde zij zich zo voor dat zij haar naam van de affiches heeft laten verwijderen en deze films zijn inderdaad niet erg noemenswaardig. De hel van ’63 (2009) is vooral een verzameling van bekende Nederlandse gezichten en een film die de, af en toe , houterige Nederlandse filmindustrie belichaamt.

Handelsmerk
Begin jaren zeventig verscheen ze in meerdere erotische films van Pim de la Parra en Wim Verstappen, wat haar het imago van sekspoes leverde. Van Ammelrooy groeide uit tot één van Nederlands meest gevraagde actrices en speelde voornamelijk krachtige en pure vrouwen.

Van Ammelrooy over Van Ammelrooy
'Ik kwam uit het niets, uit een gegoed arbeidersgezin zonder culturele achtergrond. Ik heb mezelf het acteren aangeleerd, zonder castingbureaus of agenten. Ik moest dingen snel oppikken en brutaal zijn, zodat ik mijzelf door de filmwereld heen kon worstelen. Mensen hebben mij altijd naïef genoemd, maar ik zie mijzelf meer als een Alice in Wonderland. Iedere stap was een overwinning.'
(Nu.nl, 2011)

Door het regisseren ben ik lekkerder in mijn vel gaan zitten. Toen ik dat ging doen, kreeg ik een prettiger positie in de filmwereld. Ik was niet langer alleen gebruiksvoorwerp. Regisseren gaf mij mogelijkheden om erg blij te kunnen blijven in mijn leven; lekker creatief zijn en niet meer met je uiterlijk hoeven dealen .'
(NCRV Gids, 2004)

'Ik voelde me eerst beledigd dat ze mij vroegen voor de rol van de harteloze moeder. Terwijl Linda van Dijck als de aardige tante werd gecast. Uiteindelijk gaf die onsympathieke rol me veel voldoening. Ik moest diep in mezelf zoeken naar aanknopingspunten voor dit karakter.'
(Van Ammelrooy over haar rol in Ciske de Rat. Flow magazine, 2009)

'Het was geweldig om zoiets één keer in mijn leven meegemaakt te hebben, want ik heb niet de illusie dat ik óóit nóg een keer zoiets mee ga maken . Dat was echt zo'n once in your lifetime experience. Het was een soort roes waarin ik die weken verkeerde. Zoiets móet je misschien ook maar één keer mee maken, dan weet je het tenminste op waarde in te schatten. Deze rol kreeg ik op een presenteerblaadje, maar ik heb geen zin om nu nog zo'n heel traject in te gaan dat je moet doorlopen als je in Hollywood zo'n rol wilt bemachtigen. De eerste castings, met een beetje geluk zit je dan bij de laatste vijftig. Dan moet je wéér casten, wéér die spanning. Daar geloof ik niet meer in. Dit was uniek, en het was geweldig. Maar de kans dat ik zoiets nog een keer mee mag maken, is nihil. Daar ben ik heel reëel in.'
(Trouw, 2008)

'Mijn manier van voorbereiden op een rol is nooit veranderd. Het was en is: uitpluizen van het karakter en de punten zoeken die overeenkomen met mijn eigen karakter. Het is ook altijd belangrijk geweest dat ik me afvroeg of ik het karakter nog kon aanvullen. Bijna alle rollen waren door mannen geschreven, dus ik had er meer verstand van. Mira kon ik heel goed aanvullen. Van de rol in Louise, een woord van liefde, die door de regisseur was geschreven, dacht ik: die vrouw klopt niet. Ook daar wilde ik aanvullen, maar ik kreeg die vrijheid niet. Een gevecht, steeds weer. Alle regisseurs met wie ik toen werkte – met uitzondering van Fons Rademakers – hadden de Filmacademie doorlopen en wisten niets van acteren af. Ze spraken de taal niet. Het vechten voor het dichten van die kloof heeft uiteindelijk tot mijn eigen regisseursschap geleid.'
(Interview met Maarten Slagboom, 1991)