Er is veel aan het concept van het LIFF gesleuteld sinds het eerste festival
in 2006 van start ging. ‘Vier jaar geleden introduceerden we de Iron Herring
Competition,’ zegt Mouret. ‘Dat was een distributieprijs, want in de competitie
draaiden allemaal films mee die niet waren aangekocht in Nederland. Dit jaar
hebben we het hele concept van de competitie veranderd: het draait niet meer om
de distributie, maar puur om de inhoud.’
De Iron Herring Award werd
veranderd in de LIFF-Publieksprijs en het geldbedrag van 10.000 euro verdween. ‘
Dat geld was voor de distributeur, om die een soort zetje te geven de film te
verspreiden,’ vertelt Mouret. Sympathiek idee, maar in de praktijk bleek het
lastig uitvoerbaar: ‘Distributeurs kijken best veel. Dus als ze die film niet
hebben aangekocht, heeft dat vast een reden. Soms hadden ze al iets
vergelijkbaars, of paste het gewoon niet in hun straatje. En dan kan je met 10.
000 euro aankomen, maar met zo’n bedrag ben je er eigenlijk nog lang niet.
Uiteindelijk vonden we het ook niet echt bij ons passen, als
vrijwilligersfestival, om geld te gaan geven aan distributeurs. We worden zelf
niet eens uitbetaald.’
Met de heisa rondom die distributie uit het
zicht kon het festival zich volgens Mouret eindelijk volledig richten op inhoud
. ‘We moesten ons focussen op een inhoudelijk thema. En dat werd Amerikaanse
onafhankelijke cinema. Nu maakt het niet meer uit of een film is aangekocht of
niet, we kunnen hoe dan ook iets exclusiefs vertonen. Het gaat ons om de
inhoudelijke keuze die we maken voor de competitie.’
Met de keuze
voor deze eerste themacompetitie ontstond wel een nieuw dilemma. Mouret: ‘Wat
houdt ‘American indie’ precies in? Dat is een interessante discussie, want er is
heel veel dat onafhankelijk te noemen is.’
Die discussie is Mouret
niet uit de weg gegaan. ‘Met de programmeurs hebben we lang besproken wat er
allemaal wel en niet in de competitie past,’ herinnert hij zich. ‘We hebben
bijvoorbeeld een film als
Enough Said van
Nicole Holofcener. Dat is zo’n hele fijne, Little Miss Sunshine-achtige
komedie. Of een drama. Nou ja, zoiets. Dat is níet vergelijkbaar met pittige
films als Computer Chess, Bluebird of Coldwater. Die zijn allemaal totaal
verschillend. Kan je die wel naast elkaar laten draaien? Uiteindelijk hebben we
gekozen dat toch maar gewoon te doen.’
Dat heeft de eerste editie
van de American Indie Competition veel variatie opgeleverd: familiedrama’s
worden afgewisseld met sciencefictionfilms, coming-of-age met thrillers. Volgens
Mouret mogen die verschillen er best zijn. ‘Neem bijvoorbeeld de gebroeders
Miller, die hebben een western gemaakt. Misschien niet het eerste waar mensen
aan denken als ze indie-cinema horen, maar in onze ogen valt de film daar zeker
onder.’
Als ik de tweeling Logan en Noah Miller vraag of ze hun film
Sweetwater, een bloederige thriller met
Ed Harris en
Jason Isaacs die zich afspeelt in negentiende-eeuws New Mexico, zouden
bestempelen als indiefilm twijfelen ze even. ‘Goede vraag,’ zegt Noah. Hij is
even stil voordat hij vastberaden zijn stem verheft. ‘Ja, natuurlijk! Het is een
onafhankelijke film. Maar ik snap de verwarring: helaas is ”independent” een
bepaald type film gaan betekenen. It’s bullshit!’
Logan
valt hem bij. ‘Onafhankelijk betekent simpelweg dat het buiten de studio’s van
Hollywood gemaakt is. Vroeger werd daar ook zo naar gekeken. Star Wars was en is
een onafhankelijk gefinancierde film. Tegenwoordig noemen ze films van wat
kleinere studio’s ook al independent. Wij hebben destijds onze eerste productie
, Touching Home, eigenhandig gefinancierd. We waren filmmakers met een
ondernemingsplan: onafhankelijker wordt het niet, maar de mensen verwachten nu
eenmaal een specifiek soort film.’
Noah: ‘En die zien er allemaal
hetzelfde uit; ze klinken hetzelfde…’
‘De personages hebben allemaal
dezelfde, monotone houding…’
‘Eeuwig apathisch…’
‘
Pretentieus ingetogen en terughoudend.’
Logan zucht. ‘Ik vind dat
kortzichtig, alsof je zegt dat moderne kunst alleen pop-art mag zijn, en dat je
dus nooit landschappen mag schilderen. Men klaagt dat er in Hollywood alleen nog
maar films over superhelden of fucking bordspellen worden gemaakt. Maar een
variant op die kritiek kun je toepassen op de onafhankelijke film: er wordt een
soort homogeniteit gecreëerd.’
Mouret is trots om het regisseursduo
op zijn festival te hebben: ‘Wie weet wat die broers over drie jaar gaan doen.
Eigenlijk wil je hier de Tarantino van over vier jaar hebben. Toen diens
Reservoir Dogs destijds op Sundance draaide, was er ook veel discussie over de
vraag of die film wel geschikt was voor dat festival. Toen heeft de programmeur
gezegd: “Ja sorry, maar we hebben nu alleen maar films waarin mensen dood gaan
aan aids, dus het mag wel wat opgepeperd worden.” Zo voelen wij ons nu ook een
beetje: we willen niet alleen maar de nieuwste coming-of-agedrama’s, of de
mumblecore-cinema waarin iedereen het zo moeilijk heeft in z’n suburb.’ Een
volledig onafhankelijk gefinancierde western was een verademing.
Een
sluitende definitie van Amerikaanse onafhankelijke cinema heeft Mouret nog niet
gevonden. Samen met zijn programmeurs is hij van plan daar de komende jaren
naar te blijven zoeken. ‘Wat we nu laten zien is een best wel breed spectrum. Ik
denk dat we daar volgend jaar nog scherper in gaan worden.’ Breder of nauwer,
dat is nog onduidelijk. Wellicht dat ze zich gaan richten op makers die aan het
begin van hun carrière staan, zegt Mouret. ‘We willen kijken naar wat de écht
verse talenten zijn en minder naar wat voor soort film het is.’
Want
dat de Indie Competition een terugkerend element gaat worden staat buiten kijf
. ‘Amerikaanse onafhankelijke cinema is een markt waar we echt in willen duiken
. Tenminste, dat is de ambitie, want buiten het LIFF zijn er maar weinig
Europese competities voor Amerikaanse film. Ik hoop dat we kunnen uitgroeien tot
één van de festivals in Europa waar je als Amerikaanse filmmaker niet omheen
kunt.’
Het Leiden International Film Festival duurt nog tot en
met zondag 10 november. Zie www.
leidenfilmfestival.nl.
Deze week – nog tot en met zondag – vindt de achtste editie van het Leiden International Film Festival plaats, naar eigen zeggen het ‘snelst groeiende filmfestival van Nederland’. Wie deze editie naast de voorgaanden legt, merkt dat er een aantal wijzigingen is doorgevoerd: er is een nieuwe prijs en een nieuwe competitie. ‘We hebben veel geleerd,’ aldus directeur Alexander Mouret.