Ze heeft kastanjebruin haar, schalkse bruine ogen, stralend witte tanden en een meisjesachtig postuur. Zodra Tom Fassaert de camera op zijn grootmoeder Marianne richt, ontwaakt in haar het fotomodel dat ze ooit was. Marianne is 95 en het onderwerp van A Family Affair, waarmee het IDFA dit jaar opent. Een terechte keus, want het is een geweldige film; een fascinerend portret van een zeer complexe vrouw die door haar afwezigheid een verwoestende invloed had op het leven van haar kinderen.
Toen Tom Fassaert in 2007 besloot een camera mee te nemen naar Zuid-Afrika was hij nog maar net afgestudeerd aan de filmacademie. Hij was zich welbewust van het gevaar om je eigen familie tot onderwerp van een film te maken, maar de lokroep van zijn mythische oma was te sterk. Een vrouw die hij nauwelijks kende, maar over wie hij zijn hele leven lang de wildste verhalen had gehoord. De oma die fotomodel en mannequin was geweest, die de ene na de andere man verleidde, die een leven vol glamour verkoos boven een eenvoudig bestaan. De oma die na haar scheiding haar twee jonge zoontjes bij een kindertehuis afleverde om verder te gaan met het vieren van het leven. De oma die haar hele familie achterliet en in Zuid-Afrika ging wonen.
Vanaf het moment waarop Marianne haar kleinzoon uitnodigt om naar Zuid-Afrika te komen, legt Fassaert hun ontmoetingen vast, maar hij filmt ook zijn vader en diens broer René, die beiden op hun eigen manier getekend zijn door de grillen van hun moeder. ‘Ik groeide op met het idee dat mijn vader eigenlijk geen ouders had, totdat mijn oma een keer naar Nederland kwam. Er was heel veel mysterie rond die vrouw en haar verleden, maar daar werd niet openlijk over gepraat. Ze is bewust ver weg van haar familie gaan wonen, in Zuid-Afrika , maar toch was ze altijd aanwezig. Als kind voelde ik al in kleine dingen dat haar invloed nog heel groot was. Er ging een onweerstaanbare kracht van haar uit , alsof ze vanuit dat verre Zuid-Afrika aan haar kinderen bleef trekken. Ik voelde dat zij mijn vader in haar greep had, dat ze precies wist wat zijn gevoeligheden waren’.
In A Family Affair bezoekt Tom Fassaert zijn oma in Zuid-Afrika. Hij probeert het mysterie te ontrafelen van deze voormalige femme fatale die glamour verkoos boven haar kinderen. Een interview met de regisseur.
‘Op de dag dat mijn vader aankondigde dat hij stopte met zijn carrière als psycholoog en dat hij naar Zuid- Afrika ging om een boek over zijn moeder te schrijven, besloot ik dat ik mee zou gaan. Met een camera. Ik was toen net een jaar afgestudeerd en ik dacht: ik stel me als buitenstaander op en ik zie wel wat er gebeurt. Zodra we bij mijn oma waren, voelde ik een enorme spanning. Mijn vader was totaal niet op zijn gemak en veranderde in de buurt van zijn moeder weer in een jongetje. Heel pijnlijk. Ik denk, al heb ik dat natuurlijk pas later geanalyseerd, dat hij zijn leven lang de wens heeft gekoesterd om een moeder te hebben. Dat verlangen bleef, ongeacht al die teleurstellingen. Ieder kind, hoe oud ook, verlangt naar de liefde van zijn ouders. Mijn opa verdween uit het leven van mijn vader toen hij drie jaar was en met zijn broer naar een kindertehuis werd gebracht. Zijn leven lang is hij blijven hopen dat zijn moeder iemand zou worden die zij niet kon zijn.
Dat verlangen naar de liefde van je ouders is zo’n universeel gevoel, wie dat mist, houdt daar altijd last van. Daarom denk ik dat mijn film het verhaal van mijn familie overstijgt. Het betekende wel dat ik de maskers waarachter zowel mijn vader als mijn oma zich verscholen moest afbreken. Ik voelde vaak grote weerzin, maar ik moest blijven doorzagen, geen genoegen nemen met antwoorden, maar eindeloos blijven doorvragen. Tegelijkertijd vroeg ik me voortdurend af wat mij het recht gaf om de vuile was buiten te hangen. Waarom wilde ik mijn oma dwingen te praten over dingen waarover ze altijd expliciet gezwegen had? Na een tijdje werd dat ethische dilemma minder groot omdat ik het gevoel kreeg dat de film zichzelf uitbalanceerde. Mijn oma wordt door de familie flink gekielhaald, maar net op het moment dat je gaat oordelen, krijg je inzicht in haar kant van het verhaal.’
‘Mijn grootste ambitie was om geen oordeel te vellen. Het ging mij om begrip. Ik wilde van mijn oma een mens maken , niet een eenduidig poppetje van wie iedereen roept dat ze in en in slecht is. De brandstof voor mijn zoektocht was dat ik door haar masker heen wilde breken. Als me dat niet zou lukken, zou ze alle verhalen van haar kinderen bevestigen. Dan zou ze niets meer zijn dan die oppervlakkige femme fatale, die feeks zonder geweten, die moeder from hell.
De rol van de camera is daarin beslissend geweest, zowel in positieve als negatieve zin. Zodra ik de lens op haar richtte, voelde zij aandacht. Haar eigen vader heeft haar zijn leven lang gefotografeerd en gefilmd, maar het ging alleen maar om haar uiterlijk. Zelfs toen ze al in de negentig was, werd ze nog door iedereen bewonderd om hoe mooi ze nog was. Mijn aandacht voor haar interpreteerde ze daarom ook als een soort liefde en bewondering. Hoewel ze nooit een typische oma is geweest, was ze voor mij wel mijn oma, maar andersom was dat niet zo. Ze kon of wilde mij niet als kleinzoon zien. Dat maakte onze relatie heel vreemd en onduidelijk.
Hoe levendig en mooi en bewonderd ze ook was, ik voelde ook een enorme eenzaamheid. Misschien juist doordat ze zo geneigd was om altijd overal een show van te maken. Ik wist dat er meer zat achter dat masker. Pas als ze inzicht zou geven in die andere kant, zou ik haar volledige wezen leren kennen. Zij liet alleen de etalage zien, maar ik moest in het magazijn zien te komen. Uiteindelijk lukte dat. Ze brak, voor een draaiende camera nota bene. Terwijl dat gebeurde twijfelde ik over wat ik moest doen. Moest ik haar troosten of gewoon blijven filmen? Al vrij snel maakte die twijfel plaats voor ontroering en wilde ik haar alleen maar omhelzen. Dat voelde als het enige juiste. Al het andere was ineens irrelevant.
Het maken van deze film is het moeilijkste wat ik ooit heb gedaan, zowel als persoon als filmmaker . Op de filmacademie leer je dat film geen therapie is. Je bent eerst en vooral verhalenverteller. Het mooiste is als je een goed verhaal vertelt dat uiteindelijk hetzelfde effect teweegbrengt. Daarvoor moest ik door die maskers heen breken. Ik denk dat het voor mijn familie zelf ook goed is geweest dat ik dat gedaan heb. Ik draag de film aan hen op en ik hoop dat ze zich ermee kunnen identificeren. Ik ben me er heel erg van bewust dat ik maar twee uur de tijd heb om een heel complex verhaal te vertellen. Er treedt een enorme versimpeling op , maar ik hoop dat het toch een representatie is van zoals zij het hebben gevoeld. Natuurlijk is dit mijn subjectieve werkelijkheid, mijn perspectief. Zoals mijn oma zegt in de film: de waarheid bestaat niet. Dit is mijn persoonlijke waarheid. Ik hoop dat dat duidelijk genoeg is.’