Met een expositie van voornamelijk nieuw beeldend werk en een filmretrospectief eert Eye Filmmuseum deze zomer Alex van Warmerdam. De VPRO Gids ging bij hem op atelierbezoek in Antwerpen.

Onderweg naar de Slachthuislaan in Antwerpen wordt de verslaggever op haar hoofd gepoept door een overvliegende meeuw. Alles zit eronder: haar, schoenen, het nette jasje. Het is een onverhoopt passend begin voor een interview met regisseur, schrijver en schilder Alex van Warmerdam. Die weet wel raad met ontregelende incidenten en termen als slachthuis en ontredderde vrouwen. Hier, in een loods op een industrieterrein aan de rommelige rand van de stad, werkt de kunstenaar aan zijn komende, grote tentoonstelling in de expositieruimte van Eye Filmmuseum. Ruim een maand voor de opening treffen we hem daar bezweet maar goedgemutst aan. In de herrie een bouwplaats eigen, scharrelt hij rond tussen een eigenaardige verzameling spullen: stapels boomtakken, losse kledingstukken, oude, puntige damesschoenen, een kopieermachine en een ronde, roestige watertank. Het lijkt lukrake troep, maar het zijn elementen van kunstwerken in wording, legt hij uit.

In Eye Filmmuseum zal vooral nieuw beeldend werk te zien zijn – in tegenstelling tot de eerdere overzichtstentoonstelling van zijn werk in 2010 in Museum Schiedam. Nieuwe installaties, video, audio en vijf grote schermen met filmfragmenten, naast een retrospectief van de speelfilms die Van Warmerdam maakte. In Antwerpen staan vooral grote installaties die qua afmetingen niet in zijn Amsterdamse atelier passen.

We krijgen een kleine rondleiding met tekst en uitleg. Spiegelkamer is het grootst: een compleet houten huis in aanbouw dat zich binnen ontvouwt als een geheimzinnige schatkamer vol verrassingen. Het zoekgeraakte meisje is een liggende figuur op de grond, gemaakt van dunne takken, die is aangekleed met een rok, trui en schoenen. ‘Haar hoofd wordt een boek,’ vertelt Van Warmerdam, ‘waarvan de pagina’s automatisch omslaan. Op elke pagina staat haar gezicht.’ Hij buigt aandachtig voorover en schikt wat aan de kleding, een gebaar waarmee hij even leven blaast in de gestalte. Ze is bevreemdend en licht triest, het takkenmeisje. Veel is nog niet af en lang niet alles staat al vast, vertelt Van Warmerdam. ‘Ik twijfel veel. Het is een lastig proces. Ik heb een aantal dingen verzonnen, maar of het ook werkt, weet ik pas als ik het maak. En of het goed is, geen idee. Normaal gesproken werk ik met een team en kijken er mensen mee. Nu ben ik de enige verantwoordelijke. Alles hangt op mij.’ Hij bietst een sigaretje bij een van zijn medewerkers. ‘Ik rook eigenlijk niet meer. Maar ja.’

Op zoek naar stilte verhuizen we naar het verveloze hok naast de loods met de wc’s en de entree van de aanpalende boksschool. Tijdens het gesprek komt een paar keer een halfblote bokser tevoorschijn, en voor de openstaande deuren passeert buiten herhaaldelijk een haveloze man met een herdershond. Hij komt binnen en begint te ratelen tegen Van Warmerdam. Die reageert zonder zichtbaar ongemak, op de toon van een oude bekende. Man en hond verdwijnen weer uit zicht op het desolate bedrijventerrein.

‘Ik heb de wereld geschapen’, zo luidt de titel van een van zijn gedichten. En zo is het. Alex van Warmerdam is koning van een zelfgeschapen wereld met als vaste elementen het absurde, ontregelende en ongerijmde, doorspekt met een sardonisch gevoel voor humor. Regisseur, cineast, schilder, beeldend kunstenaar, dichter, schrijver, ontwerper – geen enkel ander multitalent in de Nederlandse kunstwereld, en waarschijnlijk ook daarbuiten, levert al zo lang werk af van consistent hoog niveau: oer-Hollands en universeel tegelijk. Van Warmerdam toont ons een sterk gestileerde, maar herkenbare werkelijkheid die aanleunt tegen het surrealisme. Poldersurrealisme, met echo’s van een René Magritte of een Giorgio de Chirico. Zowel zijn beeldende kunst als zijn films zijn onheilszwanger en ademen dreiging, wat zich op het schilderdoek vertaalt in ingehouden vormen en sobere kleuren. Als cineast betoont hij zich bovendien de meester van de ongemakkelijke stilte, net zoals de door hem bewonderde regisseur Alfred Hitchcock. Maar Van Warmerdam mag dan een eenling zijn, in breder verband bezien, hoort hij nadrukkelijk thuis op de tijdsbalk van de naoorlogse Europese kunst. Als Van Warmerdam iets is, is het dat: een Europees kunstenaar. Niet voor niets luidt de titel van de komende tentoonstelling in Eye l’Histoire kaputt, een titel samengesteld uit de talen van twee landen die gelden als het hart van Europa. Al koos Van Warmerdam het naar eigen zeggen vooral vanwege de klank: ‘l’Histoooire klinkt zo mooi open. En dan dat afgebeten, blaffende van kaputt erachteraan. Prachtig woord, kaputt. Iets wat kaputt is, is veel meer stuk dan iets wat kapot is.’

Alex van Warmerdam (Haarlem, 1952)

Buut vrij

Van de herkenbaarheid van zijn werk is Van Warmerdam zich bewust. Hij zoekt het experiment; niet alleen door zich zoals nu voor de tentoonstelling in Eye te wagen aan het maken van installaties terwijl hij meer thuis is in schilderen en tekenen, maar ook in zijn films. ‘Ik probeer mijn eigen dogma’s te ondervangen. Ik wil niet Alex van Warmerdam made in Taiwan worden. Maar het is lastig. Ik probeer bijvoorbeeld weleens een ander soort close-up te maken, meer van dichtbij dan ik meestal doe. Maar ik hou nu eenmaal van ruimte. En alles is maar close, close, close tegenwoordig, je kijkt zowat tot ín de poriën, vind ik helemaal niet mooi.’ Liet hij zich voor Borgman inspireren door horror, Schneider vs Bax werd door recensenten omschreven als een polderwestern. En zijn volgende film? Maar Van Warmerdam houdt zich van de domme. Genres, hoezo? Die paar YouTube-filmpjes die hij heeft bekeken? Eén aardig horrorfragment zag hij, ja. Het gebeurt vaker tijdens het gesprek. Van Warmerdam glipt het liefst overal onderuit, en toont zich wars van predicaten. Hij wil vrij staan. Buut vrij voor de kunstenaar. Werktitel van zijn nieuwe film is Nr. 10, het is zijn tiende speelfilm. De productie is al begonnen. Is dat überhaupt te combineren met het maken van zo’n grote tentoonstelling? Hij haalt zijn schouders op. ‘Ja, al probeer ik het momenteel wel tot een minimum te beperken. Het is rommelig en chaotisch, maar dat hoort er nu eenmaal bij. We zijn nog niet begonnen met filmen, hè. De casting wel, maar dat doet mijn vrouw, Annet [Malherbe, red].’ Veel meer wil hij er niet over kwijt, behalve dit: ‘10 is een fremdkörper. Het begint als de ene film, en het wordt een andere. Daar denk ik nu over na.’

Wordt het maakproces niet makkelijker, nu hij op leeftijd is en zo veel ervaring heeft? ‘Niks wordt makkelijker. Ik mag veel ervaring hebben, maar ik ben geen natuurlijke filmmaker. Je hebt regisseurs die op de set komen en dan ter plekke een beetje gaan improviseren, maar dat kan ik niet. Ik moet alles voorbereiden. Ik moet een heel gedetailleerd storyboard maken en alles tien keer bespreken, en ik ben eindeloos met mijn cameraman in de weer.’ Toen hij doorbrak met Abel was hij pas 32. Herkent hij zichzelf nog in die Draufgänger van toen? ‘Ik hoop het niet. Ik was nogal een etterbak. Een meedogenloze treiterkop. Op school al – als ik nog weleens terugdenk aan sommige leraren voel ik me nu nog schuldig, zelfs na al die jaren.’ 

‘Ik probeer mijn eigen dogma’s te ondervangen. Ik wil niet Alex van Warmerdam made in Taiwan worden.’

Alex van Warmerdam

Omslagpunt

Hoewel hij het bekendst is als filmmaker en theaterregisseur, noemt hij schilderen zijn eerste liefde. ‘Al toen ik zes was, wilde ik schilder worden. Schilderen is de laatste jaren steeds belangrijker geworden. Het is iets wat altijd doorgaat, tussen al het andere werk in. Ik had me altijd voorgenomen om als ik boven de zestig was alleen nog maar te schilderen.’

Dat is niet gelukt. Van Warmerdam was pas zestien toen hij werd aangenomen op de Rietveld. ‘Meneer Metz nam mij aan. Ik had een map met etsen en toen ik die liet zien, zei Metz: “Dat zit wel goed jongen.” Het ging er losjes aan toe. Je werkte gewoon, en de docent kwam af en toe kijken. Toch heb ik er wel wat geleerd: lithograferen, modeltekenen en de fijne kneepjes van de etstechniek. Maar ik had liever naar een klassiekere opleiding gewild. Het was de tijd van de democratisering. Er werd te veel vergaderd. En alsmaar politiek gepraat.’ Als jonge kunstenaar en theatermaker ageerde Van Warmerdam tegen het opgelegd pandoer door zelf ook de straat op te gaan, maar met heel andersoortige acties. ‘Dat was Het Witte Theater. We liepen rond met witte borden en lege spandoeken, zonder leuzen. Zoals Wim T. Schippers in die tijd een flesje water leeggoot in de zee, dat is daar familie van. Niks, nul, zero.’

Eigenzinnig tegen de stroom in op zoek gaan naar een eigen geluid – het is in deze periode, dat zijn dna als kunstenaar is gevormd. ‘Ik wist nog niet dat hardcore engagement niks voor mij was, maar dat heb ik in die tijd wel ontdekt. Dat was een omslagpunt voor mij. Ik wilde liever iets maken.’

De man, het werk, de podcast

De argeloze voorbijganger komt het universum van Alex van Warmerdam meestal binnen via een valluik. Je klopt het stof van je kleren en vraagt je af waar je terecht bent gekomen. En wie trekt hier eigenlijk aan de touwtjes? Voor wie graag wat zachtzinniger binnentreedt, is er Alex van Warmerdam, de man, het werk, de podcast. Negen sprekers openen hun venster op de eigenzinnige wereld van een unieke maker. De podcast is een productie van Eye Filmmuseum in samenwerking met VPRO’s Nooit meer slapen, vanaf 4 juni een week lang te horen op NPO Radio 1. Met bijdragen van onder anderen Annet Malherbe, Marc van Warmerdam, Ariane Schluter, Dirk van Weelden en Maartje Wortel.

Altijd wat om handen willen hebben – in dat opzicht is hij precies zijn vader, vertelt hij. De Haarlemse toneelknecht, die tot ver na zijn pensioen druk in de weer bleef met decors bouwen voor het amateurtoneel. ‘Toen hij al een eind in de tachtig was, vond mijn moeder het welletjes. Het moest maar eens afgelopen zijn met dat geknutsel. Maar na zijn dood kwamen we erachter dat hij helemaal niet was gestopt. Hij was stiekem gewoon doorgegaan met bouwen.’ Zelf is Van Warmerdam nu 65. Heeft hij haast? ‘Ja. Maar dat heb ik al een hele tijd. Ik maak wat ik heb te maken.’ En weg is hij, terug de donkere loods in. Bedrijvig maar bedachtzaam beent hij daar heen en weer. De vogelpoep is opgedroogd en rolt in kruimels op de grond.

De expositie van Alex van Warmerdam met voornamelijk nieuw beeldend werk en een filmretrospectief is te zien in het Eye Filmmuseum van 10 juni t/m 2 september. Voor meer informatie, klik hier.

Meer artikelen/interviews

Podcastserie over Van Warmerdam