Zelden oogstte een film zulke uiteenlopende en emotionele reacties als Touch Me Not, een onconventioneel filmessay van de Roemeense filmmaker Adina Pintilie (1980). Zelf presenteert Pintilie haar film als een onderzoek naar lichamelijke intimiteit. Uitgangspunt daarbij waren haar eigen hang-ups, waarover ze in interviews overigens niet in detail trad – of niet naar werd gevraagd. Wel koppelde ze het belang van intimiteit bij de vorming van iemands persoonlijkheid aan de doorwerking daarvan op maatschappelijk niveau. Tegen de feministische filmwebsite Women and Hollywood zei ze daarover: ‘Disfunctionele intimiteit binnen de familie schept een vruchtbare bodem voor meer conflict, misbruik, discriminatie en vooroordelen op grotere sociale en politieke schaal.’
Voor haar onderzoek zocht Pintilie gelijkgestemden die met haar op ontdekkingstocht durfden. Die kregen ter voorbereiding op hun rol opdracht om hun ervaringen en gedachten rond thema’s als angst en verlangen in een videodagboek te verwerken. Nadat de uitkomsten waren besproken, volgde een nieuwe huiswerkronde. Uit dat zelfonderzoek werden fictieve personages geboren, die zo dicht bij de acteurs staan dat ze hun voornaam dragen. De hoofdpersoon is Laura (Laura Benson), een vrouw van in de vijftig die zich van haar lichamelijke blokkades wil bevrijden.
De film zelf bestaat grotendeels uit een serie therapeutische sessies in een gestileerde laboratoriumsetting, waarin de fictieve personages vrij improviseren tijdens ontmoetingen met niet-acteurs. De overgang tussen feit en fictie is vloeiend. Een van de niet-acteurs is Hanna, een transgenderprostituee en Brahms-liefhebber die bij Laura over de vloer komt. Een ander is sekstherapeut Seani Love, die door middel van aanraking andermans grenzen verkent.
Een van de meest ontwapenende ontmoetingen vindt plaats tussen de haarloze Tomas (Tómas Lemarquis) en de zwaar lichamelijk gehandicapte Christian, die tijdens een workshop emotionele anatomie elkaar in de ogen kijken en elkaars gezicht aftasten. Vervolgens wisselen ze van gedachten over hun observaties en de relatie tot hun van de norm afwijkende lichamen. Tomas ontdekt dat hij met zijn defensiemechanisme niet alleen vijandige reacties op afstand houdt, maar ook zichzelf gevangen zet. Christian: ‘Fuck de norm!’