Er zijn veel manieren waarop een filmmaker kijkers kan manipuleren. Door de montage, door de manier waarop mensen en objecten in beeld worden gebracht, en natuurlijk door wat er gezegd of juist niet gezegd wordt.
Een beetje geoefende filmkijker heeft al snel door wanneer dergelijke trucs worden uitgehaald, maar er is nog een manier die vaak zelfs hun ontgaat, en dat is het gebruik van kleur.
Patti Bellantoni, daarentegen, weet alles van kleur. Ze doceerde meer dan twintig jaar aan de School of Visual Arts in New York, en aan de California State University en het American Film Institute in Los Angeles. Elk jaar weer onderwierp ze haar studenten aan dezelfde test: richt een ruimte in op basis van een kleur, en zie wat dat met je doet.
De resultaten waren vrijwel altijd hetzelfde. Rood staat voor kracht, passie en agressie; blauw voor passiviteit en introspectie; groen voor zowel vruchtbaarheid als verval (het groen van verse groenten versus het groen van bedorven vlees); en geel is een waarschuwing (omdat het de opvallendste kleur is), maar ook een teken van energie en overvloed (het geel van de zon).