Het gebeurde in de finale van het vorige seizoen. Eva is in verwachting en in
crisis na de dood van haar broer en de psychose van haar vriend Adam. Op
aanraden van haar boezemvriend Harm-Jan neemt ze een massage in zo’n Chinees
shopje, zoals die afgelopen jaren overal in de stad zijn opgedoken. Knapt ze
vast van op. Net als de camera iets te lang blijft hangen in de close-up van de
vaardige vingers op haar bruine rug en het shot een licht-erotische lading
dreigt te krijgen (waar gaat dit heen?), draait de camera naar het gezicht van
de jonge masseuse, en verschijnt haar naam in beeld. Amber. Ze heet Amber.
Op een onnadrukkelijke, soepele manier wordt de Chinese masseuse uit de
anonimiteit getild – verrassend, want deze scène draaide tot dan toe helemaal om
Eva – en wordt ze een personage. Amber is een nieuwe kraal aan de ketting die
deze serie rijgt tegen het decor van Amsterdam, vol Poolse bouwvakkers,
trambestuurders, een vreemdgaande wethouder en een transseksuele vuilnisman.
Tientallen verhaallijnen werden zo ineen gevlochten. Het lijkt of de makers met
zo’n scène willen zeggen dat iedereen er toe doet, een onbekende masseuse net zo
goed als de populaire actrice
Eva van de Wijdeven die Eva speelt.
Rottigheid
Menselijk is het sleutelwoord van A’dam-E.V.A. Dat klinkt soft, maar toch is
deze serie niet te zoet. Daarvoor zijn de makers, scenarist
Robert Alberdingk Thijm en regisseur
Norbert ter Hall, zich te veel bewust van het grootsteedse karakter van
Amsterdam. Er gebeurt ook genoeg rottigheid; de transseksuele vuilnisman wordt
echt niet meteen met open armen ontvangen op zijn werk. En daarvoor is
Alberdingk Thijm ook een te goede schrijver.
In zijn werk zit veel
gevoel, maar het is niet sentimenteel. Sterk is dat bijvoorbeeld in De Daltons,
zijn verrukkelijke jeugdserie over een stel broertjes, vol boomhutten en
ravotten, waar je inglijdt als in een warm bad. Ook daar wist Alberdingk Thijm
het evenwicht te bewaren en dat is knap, want het is moeilijk om dramatisch
interessante verhalen te vertellen over menselijkheid en saamhorigheid. De grens
over gaan, qua geweld of gedrag, brengt veel spanning in een verhaal; in veel
dramaseries dringt de harde realiteit op en wordt steeds genadelozer, om te
voldoen aan de opgeschroefde eisen van de overvoerde kijker die zich nog maar
moeilijk laat verrassen. De nieuwe mode is dat onze favoriete personages zomaar
worden vermoord; aan het eind van het verhaal leven ze nog maar zelden lang en
gelukkig.
A’dam-E.V.A. wijkt daarvan af en presenteert een ander,
alternatief wereldbeeld. Net als al het werk van Alberdingk Thijm gaat het over
gewone mensen en hun problemen, die ze oplossen met elkaar, nooit ten koste van
elkaar. Alberdingk Thijm laat mensen niet graag buiten de boot vallen, zoveel is
zeker. ‘We moeten het met elkaar rooien,’ zei hij tijdens de perspresentatie
van het tweede seizoen A’dam-E.V.A.
Promotie
Adam (gespeeld door Teun Luijkx) vangt zijn in eenzaamheid afgegleden maatje op
, de vuilnisman wordt uiteindelijk geaccepteerd, en Adam en Eva vinden elkaar
toch weer terug, nadat ze uit elkaar waren. In seizoen twee bevalt Eva van haar
baby, en gaan zij en Adam het als jonge ouders samen proberen, met veel vallen
en opstaan. En met Harm-Jan, een erg goede bijrol van Rick Paul van Mulligen,
die zich nu ontpopt tot een onverwacht bezitterige nanny. Ook is er iets met de
nieuwe buren, die swingers blijken, en met de Dam tot Damloop.
A’
dam-E.V.A. is in veel opzichten een bijzondere serie. Niet alleen is het heel
goed geschreven, goed geacteerd en is de thematiek origineel, ook blijft het een
geweldige vondst om de stad in te zetten als meer dan een decor, in een mozaïek
van verhalen, zoals we dat tot nu toe alleen uit de filmwereld kennen (
bijvoorbeeld
Short Cuts van Robert Altman, gebaseerd op negen verhalen van Raymond Carver
).
Amsterdam fungeert als een soort derde hoofdpersoon naast Adam en
Eva: in het eerste seizoen is op maar liefst 180 locaties gefilmd en de
gemeente werkte volop mee. De politie, het Centraal Station, het Gemeentelijk
Vervoersbedrijf, Artis, de Stopera, overal kon worden gefilmd. Of ze wilden
komen praten bij de gemeente, werd Ter Hall en Alberdingk Thijm gevraagd; hun
televisieserie is betere promotie voor de stad dan hun eigen marketingafdeling
kon bedenken. We zien de Parijse, New Yorkse, Londense versie al voor ons. Maar
eerst nog seizoen drie. Dat komt er ook, de opnamen beginnen eind dit jaar.
A’dam-E.V.A. II is te zien vanaf zondag 9 december op NPO 3, 20.30-21.25 uur
Ook in het tweede seizoen van A’dam-E.V.A. blijft het een geweldige vondst om Amsterdam in te zetten als meer dan een decor, in een mozaïek van verhalen. De stad is de derde hoofdpersoon.