Wie de beruchte drugsbaron niet kent (en dat zullen er na legio films, boeken
en documentaires nog maar weinig zijn): Pablo Emilio Escobar Gaviria was eind
jaren tachtig de rijkste, meest invloedrijke drugsbaron van Colombia, en
eigenlijk de wereld. Zijn handlangers vlogen wekelijks duizenden kilo’s van het
witte goud naar Amerika en daar kwamen miljoenen, zo niet miljarden dollars voor
terug.
In de stad Medellín verwierf hij daarnaast een reputatie als
Robin Hood. Hij liet scholen, voetbalvelden en ziekenhuizen bouwen en verdeelde
zijn rijkdom onder de armen. In sommige delen van Medellín wordt hij nog altijd
heilig verklaard. Ondertussen vermoordde hij natuurlijk eenieder die in zijn
weg stond.
De opkomst en ondergang van Pablo Escobar is een verhaal waarin de echte, historische gebeurtenissen soms het moeilijkst te geloven zijn. De makers van de nieuwe Netflix-serie Narcos beginnen hun gangsterepos niet voor niets met het statement: ‘Magisch realisme kon alleen ontstaan in Colombia’, in verwijzing naar de werken van schrijvers als Gabriel García Marquez.
In de wereld van Entourage werd het verhaal van Pablo Escobar al eens verfilmd als een sensationeel, dramatisch slechte Scarface-wannabe.
Voor de misdaadliefhebber is het verhaal van
Escobar er een om van te smullen. Narcos biedt op dat vlak precies wat het
belooft. Drugs, verraad, bloed: alle elementen van een gangsterepos – tot aan de
Goodfellas-achtige vertelstem toe – zijn aanwezig. Zeker in de eerste twee
afleveringen (geregisseerd door José Padilha, van de Tropa de Elite-films) is
het allemaal ook nog eens prachtig in beeld gebracht. Dat de makers ervoor
gekozen hebben om niet iedereen Engels te laten praten, maar ook een flinke
dosis Spaans in de serie te mengen, verdient mucho waardering. Narcos voelt echt
, rauw. Archiefbeelden maken het geheel nog dat extra beetje realistisch, de
echte Escobar zien we zo nu en dan in foto’s en clips. Het resultaat is geen
documentaire, maar een dromerige werkelijkheid, op de grens tussen fictie en de
echte wereld. Magisch realisme.
Toch is er natuurlijk één minpuntje
: de gringo. Hoewel de makers beloofd hebben dat Narcos vooral het verhaal is
van de Colombianen, heeft men er toch ook voor gekozen dat verhaal te vertellen
vanuit het perspectief van een Amerikaan, de DEA-agent Steve Murphy (Boyd
Holbrook). Die waant zich even John Wayne, de man die het allemaal wel even komt
rechtzetten, en wordt dan snel op zijn plek gezet door de keiharde Colombiaanse
drugswereld.
Het perspectief van de buitenstaander is voor een (
buitenlands) publiek een logische keuze, maar tegelijkertijd een gemiste kans.
Juist een verhaal als dit biedt de mogelijkheid het eens anders aan te pakken,
een mogelijkheid ook voor Netflix om zich verder te onderscheiden van
traditionele zenders. Die mogelijkheid had de streamingdienst aan moeten grijpen
. Je hebt toch niet voor niets het kijkmodel omver gegooid en een
televisiepubliek heropgevoed? Een internationale productie met een
internationaal perspectief, dat moeten ook die Amerikanen inmiddels wel lusten.
Het complete eerste seizoen van Narcos is nu te zien op Netflix.