Eerst wat achtergrond: BoJack is inderdaad een paard. Waarom? Geen idee.
Waarom is zijn manager een kat, maar zijn huisgenoot een mens? Geen idee. In de
wereld van BoJack lopen mensen en dieren door elkaar heen. Iets dat
wonderbaarlijk mooi werkt, want het geeft de serie net dat extra laagje magie
mee. Alsof het allemaal kan.
Wie is BoJack dan? Hij is een
uitgerangeerde televisiester, die in de jaren negentig een hit kende met de
sitcom Horsin’ Around. Full House met een paard, om het samen te vatten. Sinds
dat succes gaat hij zich te buiten aan drank, drugs en vrouwen en ontvalt hem
regelmatig de zin ‘weet je wel wie ik ben?’.
Zeker in het begin van
de serie krijg je daardoor het idee dat het hier gaat om een cliché ‘klootzak
met sterallures’. Naarmate de serie vordert, blijkt BoJack Horseman echter een
portret van een man (paard) met een depressie. Een man die diep ongelukkig is
met zichzelf en niet beter weet dan zichzelf te verdrinken in een glas whisky.
Don Draper, gespeeld door Mr. Ed.
Ik had nooit verwacht dat ik BoJack Horseman nog eens aan zou raden. De animatieserie van Netflix (seizoen 2 kwam deze zomer online) leek me een typische ‘volwassen’ cartoon: zo’n tekenfilmserie waarbij het contrast tussen de vrolijke stijl en grove grappen voor de humor moet zorgen. Puberaal noemde ik het al eens. Tot ik ontdekte dat BoJack een tragisch figuur is van het niveau Don Draper.
Bovenstaande scene, tegen het
einde van het eerste seizoen, deed me beseffen hoe werkelijk tragisch BoJack is
als figuur en hoe zijn simpele verdriet uiteindelijk de rode draad vormt in deze
serie. BoJack Horseman is een verhaal over aan jezelf willen ontsnappen – iets
dat nog sterker en beter naar voren komt in een uitstekend tweede seizoen. De
absurditeit van het feit dat we hier te maken hebben met een paard, maakt het
eigenlijk nog beter, omdat het zo contra-intuïtief is. Zo bizar dat je wel met
hem mee moet leven.
En dan heb ik de humor eigenlijk nog tekort
gedaan ook. Veel van de grappen over Hollywood (of, in dit geval, ‘Hollywoo’)
zijn te makkelijk, maar vaak genoeg zitten er subtiele woordgrappen in of speelt
er op de achtergrond
een leuke visuele mop. En soms krijg je gewoon iets briljants als
Neal McBeal, the Navy SEAL.