‘Yes sir!’ roepen Will en Julie Purcell in koor naar hun vader, die vanonder zijn openstaande motorkap gromt dat de kinderen om halfzes thuis moeten zijn. ‘Voor de zon onder is. Ik meen het!’ roept Tom Purcell nogmaals naar zijn wegfietsende kroost, waarop wederom twee overtuigende ‘yes sirrrs’ volgen. Als de man een moment later een slok uit zijn blikje bier neemt en over de inmiddels verlaten straat in West Finger, Arkansas tuurt, waar het onkruid door scheuren in het asfalt groeit, is duidelijk: deze kinderen komen nooit meer thuis.
Het is 7 november 1980. Een vrijdag. De dag waarop acteur Steve McQueen overleed, zo herinnert rechercheur Wayne Hays (Mahershala Ali) zich tien jaar later als de Purcell-zaak wordt heropend. ‘Ik herinner me alles nog,’ zegt hij tijdens een getuigenverklaring. Iets wat 24 jaar later, in 2015, niet meer het geval is. Opnieuw wordt Hays, inmiddels oud, grijs en sentimenteel, over de zaak ondervraagd. Ditmaal voor een televisiedocumentaire, maar nu wordt hij geplaagd door dementie en hallucinaties.
Met deze drie verschillende tijdlijnen en één centrale misdaad, grijpt True Detective in seizoen drie succesvol terug naar de opzet van dat alom bejubelde eerste seizoen. Het seizoen dat resulteerde in een McConaissance (de carrière van acteur Matthew McConaughey maakte hierna een opvallende heropleving door) en voor een comeback zorgde van de zogenaamde anthology-serie, die elk seizoen een ander verhaal vertelt, met een nieuwe cast en in een nieuwe setting.