Abd Al Malik is een jongen afkomstig uit de banlieue die nu eens niet aanschopt tegen de Franse cultuur maar haar juist omarmt, met teksten die verwijzen naar Beaudelaire en Brel.

De culturele elite loopt weg met de rapper, theater­maker en schrijver. In 2008, hij was 33, werd Abd Al Malik geridderd, en zijn voorstellingen staan hartje Parijs in de grote theaters. ‘Alles draait om dialoog,’ zegt hij. Dat zie je terug in zijn werk.

Hij maakte een muziektheaterstuk over Albert Camus met leerlingen uit de banlieue en van een prestigieuze school in Parijs, en stond drie jaar geleden in het Holland Festival met Le jeune noir à l’épée, een voorstelling gekoppeld aan een tentoonstelling in Musée d’Orsay over de zwarte mens in de kunst. Nu is Abd Al Malik terug met l’Olivier, een nieuw theaterconcert, niet toevallig vernoemd naar het symbool voor de vrede, de olijfboom.

Hij komt ditmaal niet alleen maar met zijn vrouw, de zangeres Wallen, artiestennaam van Nawell Azzouz in het achterstevorentaaltje van de Parijse jeugd, en zelf een ster in Frankrijk. L’Olivier belooft een uitgekiende muzikale mix tussen Oost en West, met een hommage aan Fairuz, gedichten van de Perzische Rumi en teksten van Franse schrijvers zoals verzetsman René Char en Aragon.

L’Olivier vertelt ook het persoonlijke verhaal over hun beider achtergrond: van een jeugd in een flatwijk omringd door misdaad en geweld naar de gouden Parijse salons en de grote podia. Een gedeeld verhaal van ‘vervreemding en verlossing door cultuur’.

Muziekgebouw
L’Olivier
zaterdag 11 juni, zondag 12 juni 20.30 uur