Sophie Derkzen: ‘Dat leek jou een aardig begin voor dit gesprek?’
Het VPRO-radioprogramma Bureau Buitenland opent een gelijknamig filiaal op televisie dat beurtelings bestierd wordt door Tim de Wit (1981) en Sophie Derkzen (1984). We vroegen Derkzen alvast wat we kunnen verwachten en hoe ze te werk gaat.
‘Dat is zo, al had ik voor de wereld liever iets anders gewenst. Maar laat ik het zo zeggen, om niet meteen helemaal zwartgallig te worden: aan vragen geen gebrek. Waar zijn we met z'n allen beland? Wat gebeurt er in de wereld? En vooral: wat gebeurt er misschien wel over een maand? En hoe verhoudt dit alles zich tot de geschiedenis? In deze tijd ben ik extra blij dat ik al die grote vragen in Bureau Buitenland kan voorleggen aan mensen met verstand van zaken. En dit gaan we nu dus ook doen in een livestudioprogramma over buitenlands nieuws vanuit Villa VPRO. De grote ontwikkelingen en machtsverschuivingen in beeld brengen en tegelijkertijd oog houden voor het menselijke. Enigszins orde scheppen in de chaos. Er wordt nu een studio ingericht met een grote tafel waarop een wereldkaart ligt. En bij die kaart beginnen de problemen al. Staat daar de Golf van Mexico of de Golf van Amerika op?’
‘Wel in die zin dat ik voor het eerst een lineair televisieprogramma presenteer. Maar ik heb wel vaker dingen voor de camera gedaan, ik maakte bijvoorbeeld interviews met documentairemakers voor DocTalks van de VPRO.’
‘Naast mijn werk als schrijvend journalist bij Vrij Nederland en De Correspondent heb ik op podia veel geïnterviewd en debatten geleid. Nu presenteer ik onder meer de algemene ledenvergadering voor de VPRO en een VPRO-theatertour. Zelf heb ik ook een achtergrond in het theater. Na mijn geschiedenisstudie heb ik twee jaar op de Amsterdamse Toneelschool & Kleinkunstacademie gezeten en ik houd ervan om juist ook live met mensen in gesprek te gaan. Dat doe ik op de radio al bij Bureau Buitenland en straks ook in de televisiestudio. Dan zitten we met elkaar over die kaart gebogen en op dat moment moeten we er chocola van zien te maken.’
‘Ik ben echt benieuwd naar de ander en wil hem begrijpen. Tegelijkertijd is een ontmoeting op radio of tv ingedikt’
‘Soms helpt het. Kijk, als journalist voer ik een gesprek vanuit oprechte nieuwsgierigheid. Althans, zo doe ik mijn werk. Ik ben echt benieuwd naar de ander en wil begrijpen wat die mij vertelt. Tegelijkertijd voer je, als het radio of televisie is, toch een gesprek in een wat kunstmatige setting. Het is een ingedikte ontmoeting. Niet als het een marathoninterview van drie uur is, dan kun je heerlijk en eindeloos meanderen. Maar op de radio, en straks ook op televisie, moet je sneller tot de kern komen dan wij nu doen in dit gesprek.’
‘Doe dat vooral! Maar misschien helpt die theaterervaring in zoverre dat ik altijd wel probeer oog te houden voor de theatrale kant van een verhaal. Waar zit de beroering? Hoe vang je je publiek met een kleine, menselijke anekdote voordat je het analytische deel over ze uitstort? Juist als het over het verre buitenland of zoiets abstracts als geopolitiek gaat. Er schuilt veel geestigs in al het menselijk pogen en onvermogen. Dat theatrale probeer ik te blijven zien in alles wat we met elkaar al dan niet voor elkaar krijgen.’
‘Dat vind ik eigenlijk wel treffend. Ik weet niet meer of ik het zelf bedacht heb, maar in elk geval vind ik het een loffelijk streven. Al zal ik de laatste zijn om te zeggen dat het altijd lukt hoor.’
‘Ja? O jee.’
‘Ik voel me zeer vereerd, maar vertel, ga door.’
‘Ik weet niet helemaal of dat ook geldt voor het wereldtoneel, maar toch bedankt.’
‘Nou ja, je verdringt natuurlijk altijd je eigen falen. Even nadenken. In het begin, bij de eerste livedebatten, zeker wel. Je leert natuurlijk onderweg dat veel van het livesucces gedijt bij een grondige voorbereiding. Maar het gebeurde weleens dat je ergens geacht werd een discussie te leiden die beoogde een veel te grote vraag te antwoorden. Ik herinner me een situatie met een filosoof die een onnavolgbaar betoog hield en dat ik mezelf langzaam voelde opstijgen boven de hele situatie en dacht: oké, binnen een seconde of twintig komt deze zin van de bewuste filosoof ten einde en zal de rest van de aanwezigen de blik weer op mij, de moderator, richten en verwachten dat ik een zinnige vervolgvraag formuleer, terwijl ik werkelijk geen idee heb hoe ik me hieruit moet redden.’
‘Je moet jezelf toestaan om fouten te maken of in elk geval ruimte te laten om het de volgende keer anders te doen’
‘Ik geloof dat ik toen gered ben door iemand uit de zaal, die met een zeer intelligente vraag de avond een beslissende wending gaf. Dus zeker, vroeger gebeurde dat wel en natuurlijk kan het weer gebeuren. De onderwerpen waarover ik bijvoorbeeld doorgaans in Bureau Buitenland spreek zijn complex. Inmiddels weet ik wel dat als je voorbereid bent, goed oplet en alsnog de draad kwijtraakt het niet al te onwaarschijnlijk is dat dit bij de luisteraar of de kijker ook het geval is. Dus dat het dan kan helpen om gewoon te zeggen: helpt u mij nog even. Begrijp ik het nou goed zo?’
‘Het is geen schande om vast te stellen dat het ingewikkeld is of iemand te vragen om het nog eens iets kernachtiger te zeggen. Maar dat heb ik wel moeten leren hoor. Je moet jezelf ook toestaan om fouten te maken, of in elk geval ruimte te laten om het de volgende keer weer anders te doen. En het helpt ook om van tevoren goed na te denken over de opzet en de dramaturgie van een gesprek, want dan kun je daar bijna altijd weer naar terugkeren. Dus zo probeer ik het risico om het spoor geheel bijster te raken enigszins te verkleinen, preventief.’
‘Dat heb je goed geraden.’
‘Nou, ik vond haar als politiek figuur heel intrigerend, maar missen is te sterk gezegd. Daar ben ik ook wel een beetje beducht voor, omdat ook in Nederland aardig wat mensen met haar dwepen. Onlangs kwam ze op verschillende plekken haar biografie presenteren en een Duitse journalist beschreef wat zich van een zaal meester maakt als Merkel binnenkomt. Hij zei: hoezeer allerlei politici elkaar tegenwoordig ook naar het leven staan, wanneer Angela Merkel binnenschrijdt ontstaat er vanzelf een soort, en nu komt mijn Duitse lievelingswoord, Wohlfühloase. Een terugverlangen naar een wereld die nog min of meer op orde leek. En dat belichaamt zij dan. Maar er valt natuurlijk ook van alles af te dingen op haar politieke erfenis.’
‘Nee, eigenlijk niet. Ze durven het met mij en Tim kennelijk wel aan – en wat ik al zei: het is ook niet zo dat ik nooit voor een camera heb gestaan. Bovendien werken we bij Bureau Buitenland met een geweldig team, zowel bij radio als bij televisie. Ik hoop vooral dat de televisie-editie een mooie aanvulling wordt op ons radioprogramma en al die andere buitenlandprogramma’s waaraan de VPRO al zo lang werkt.’
‘We gaan de wereld niet verdelen en presenteren ieder om de week. In principe wordt het eerder een beschouwend programma dan dat we de actoren van het wereldtoneel zelf uitnodigen aan tafel. Die zitten ook al op andere plekken. Maar als Angela Merkel wil komen, is ze van harte welkom hoor.’
‘Zo hoog ben ik helaas nooit gestegen.’
Bureau Buitenland
zondag 6 april
NPO 2 22.40-23.10