‘Waar is nou toch die knieschijf?’ Babs Bakels duikt met haar hoofd in haar dertig centimeter hoge ‘enge-dingen-kastje’. ‘Daar zitten mijn topstukken in. Kijk, hier heb ik een kunstoog, dat heb ik gekregen van een begraafplaatsbeheerder. Hij is gemaakt van porselein en is hol vanbinnen, zodat je ooglid er makkelijk overheen glijdt.’ Bakels tuurt weer in het kastje. Ze haalt een ouderwets kunstgebit van klei tevoorschijn. ‘Ik heb het niet schoongemaakt hoor, ik wilde niet dat de tanden eruit zouden vallen.’ Onder een kleine stolp bewaart ze een vingerkootje, ooit gevonden op een pad van een kerkhof. Ze heeft dat versierd met een ringetje uit een kauwgomballenautomaat, als een reliek. ‘Hoe ik weet dat het een vingerkootje is? Tja, op de een of andere manier herken je jezelf.’ De knieschijf blijft spoorloos.
Radiomaker en journalist Laura Stek en kunstenaar en funerair specialist Babs Bakels maakten samen een podcast over onze omgang met de dood, Kassiewijle. Tijdens een workshop knutselen met kippenbotjes vertellen ze erover. ‘Doodsangst zit in alles wat we doen.’
‘Dit is mijn knutselkamer,’ vertelt Bakels, die bij kunstgeschiedenis ooit afstudeerde op het gebruik van stoffelijke resten in de kunsten. ‘Dat portretje aan de muur is van mijn oma. In de verf heb ik haar as verwerkt. Zwaar ding hoor.’ Een klein kunstwerk op haar tafel blijkt een urn te zijn waar de overige as van haar oma in zit. Er staat een vitrinekast met een collectie opgezette dieren. ‘Ik omring me graag met spullen die met de dood te maken hebben. Als je de dood wilt temmen, moet je hem in huis halen. En dat heb ik letterlijk gedaan.’
Ondertussen wikkelt Laura Stek geconcentreerd een goudkleurige draad om een kippenbotje. ‘Babs heeft een heel mooi reliekenboek, waarin je ziet hoe de overblijfselen van heiligen vroeger werden versierd. Dat gaan we namaken. Ik heb dit weekend kip gegeten en de botjes heb ik helemaal schoongemaakt.’ Naast gouddraad liggen op de grote houten tafel glimmende stickertjes, gouden papiertjes en gekleurde oorbelletjes om het botje mee te bekleden. Stek: ‘Zal ik de uiteinden openlaten? Anders zie je haast niet dat het botjes zijn. Dan stoppen we de dood weer weg.’
Pin-upmodellen
Journalist en radiomaker Laura Stek heeft geen bijzondere fascinatie voor de dood, maar wél voor kunstenaar Babs Bakels. Ze ontmoetten elkaar een paar jaar geleden tijdens een tentoonstelling over lijkwagens die Bakels cureerde in Uitvaart Museum Tot Zover. ‘Jij sloeg aan op een tekstje dat ik had geschreven,’ herinnert Bakels zich. ‘Dat lijkwagens een soort pin-upmodellen zijn.’ ‘Ja,’ antwoordt Stek, ‘dat is toch ook een krankzinnige vergelijking?! Ik vond het interessant dat jij kunst met de dood combineert.’
Bakels en Stek besloten samen de podcast Kassiewijle te maken, over de manier waarop we omgaan met ons levenseinde. De afgelopen eeuw is de dood steeds verder uit ons gezichtsveld verdwenen. Begraafplaatsen liggen buiten het centrum en de uitvaartindustrie legt een zachte deken over alle nare en rottende zaken die bij het overlijden komen kijken ‘In het verleden was de dood dichterbij: mensen stierven thuis en begraafplaatsen lagen in de stad. Tegenwoordig hebben we dit weggeduwd,’ vertelt Stek. ‘Er zijn ontzettend veel programma’s waarin wordt gepraat over de dood of rouw, maar het wordt niet tastbaar gemaakt. We gruwelen van een botje, terwijl monniken in achttiende-eeuwse kerken geweldige kunst van schedels en botten maakten. Babs’ boekenkast staat vol met knekelkunstboeken.’
het artikel gaat verder onder het kader
Kunst en wetenschap
Babs Bakels presenteert binnenkort samen met Vibeke Mascini in Felix Meritis een kunstwerk waarin je moet mediteren over je eigen dood in een veld van verneveld menselijk botstof. Bakels: ‘Je zit letterlijk tussen de dood. Je mediteert tot je helemaal tot stof vergaat. De Radboud Universiteit Nijmegen zal er vervolgens een terror -management-onderzoek aan koppelen om het effect van het kunstwerk op onze doodsangst te meten.
Kijk voor meer informatie op vpro.nl/kassiewijle
Meer horen?
Er zijn nog twee nieuwe podcasts over de dood. Een doodnormale podcast onderzoekt wat het betekent om jong te zijn en te rouwen. Makers Benthe Göbel en Sabien Brehler praten met schrijvers, muzikanten en theatermakers die een dierbare hebben verloren.
In Stervelingen komen denkers over de dood aan het woord, en mensen die de dood van dichtbij hebben meegemaakt. In deze tijd waarin alles maakbaar lijkt, onderzoeken zij hoe we beter kunnen samenleven met de dood. Beide podcasts zijn te beluis- teren via de podcastapps.
Het is Bakels’ missie om de dood weer dichterbij te brengen – vandaar het knutselen met kippenbotjes –, terwijl Stek juist van nature geneigd is om haar kop in het zand te steken. Die laatste strategie klinkt, eerlijk is eerlijk, best aantrekkelijk. De dood negeren tot hij aan de poort klopt, wat is daar mis mee? Want als het zover is, merk je er toch niets meer van. Stek nuanceert dit. ‘Als je het hebt over de dood, dan is dat zo. Maar als je het hebt over doodsangst, is het een ander verhaal. Die angst zit eigenlijk in alles wat we doen. Daar maakt Babs me bewust van.’ Bakels: ‘Ik denk dat ik langer in de afgrond kan kijken dan Laura. Ik kan meer hebben van de dood. Daarmee zeg ik niet dat ik van mijn doodsangst af ben. Helemaal niet. Maar door hem steeds op te zoeken, wen je aan het nare en het beangstigende ervan.’
Onsterfelijkheidsstrategie
Die doodsangst in het dagelijks leven, waar zit hem dat in? Babs veert op: ‘Ah, de terror management theory! Ga jij die maar even uitleggen, Laura. Eens kijken of je het goed hebt onthouden.’ ‘Nou,’ begint Stek, ‘die theorie gaat er vanuit dat doodsangst de drijfveer is voor alles wat we doen. We zijn én dieren die willen leven én mensen die kunnen reflecteren op hun eigen dood. Die ongelukkige combinatie zorgt ervoor dat we mechanismen hebben ontwikkeld om onze doodsangst te sussen. Als je de theorie eenmaal kent, ga je zien dat mensen bepaald gedrag vertonen om hun doodsangst te verbloemen. Heel interessant.’
‘Er zijn veel gedragsexperimenten uitgevoerd die deze theorie bevestigen,’ vertelt Bakels. ‘Doodsangst zorgt ervoor dat je anderen gaat wegdrukken. Elke cultuur heeft haar eigen onsterfelijkheidsstrategie. Als mensen het gevoel hebben dat hun wereldvisie bedreigd wordt, gaan ze anderen uitsluiten. Om hun onsterfelijkheid te waarborgen. Dat leidt tot polarisatie en racisme. Dat klinkt misschien abstract, dus ik geef je een simpel voorbeeld: onderzoekers vroegen mensen in Duitsland voor een supermarkt of ze liever Duitse producten kochten of producten uit het buitenland. Die respondenten hadden geen voorkeur. Vervolgens stelden de onderzoekers dezelfde vraag voor een begraafplaats, waar mensen dus net een confrontatie met de dood achter de rug hadden. Die mensen antwoordden bijna allemaal: “We willen liever Duitse producten.” Dat zijn hele onbewuste processen en het zou mooi zijn als we ons daar bewuster van worden. Als we de doodsangst van verschillende kanten durven te bekijken, staan we opener in het leven. En is het fijner samenleven met elkaar.’
Draaiorgelboek
Terwijl Bakels de gouden wikkels van chocolaatjes gebruikt om de kippenrelieken te voltooien, vertelt ze wanneer haar fascinatie voor de dood is ontstaan: in haar jeugd. Een traumatische gebeurtenis op jonge leeftijd zorgt ervoor dat de doodsangst levensgroot haar leven binnen kwam walsen. Hoe dat precies zit, onthult ze in de podcast. Zolang ze zich kan herinneren is ze gefascineerd door verval. ‘Op de camping van mijn oma, naast het toiletgebouw, begroef ik dode dieren. Een tijdje later groef ik ze weer op om te kijken wat er in de tussentijd gebeurd was. En ik ging vaak fietsen en spelen op de begraafplaats, met op de achtergrond de walmende schoorsteen van het crematorium. Ik was niet bang om zelf dood te gaan – ik geloof dat ik tot mijn zestiende heb gedacht dat ik onsterfelijk was –, maar ik was wel extreem bang om iemand te verliezen. Vooral mijn oma.’
De podcast Kassiewijle is wekelijks te horen in OVT en kan ook beluisterd worden via de podcastapps.
Zo werd in haar jeugd de basis gelegd voor de patronen in haar latere leven. Dat is kenmerkend voor de mens, denkt Bakels. ‘We zijn als mensen net zo’n draaiorgelboek. We draaien steeds in dezelfde gaten.’
Na een middag knutselen zijn de kippenbotjes omgetoverd tot relieken. De knieschijf is nog altijd kwijt. En de dood is een beetje tastbaarder geworden.