Hoe wist u het dan?
‘Een totale toevalstreffer. Toen mijn ouders een keer kwamen oppassen, vertelde ik over “Vamos a la playa” en dat dit eigenlijk over de bom gaat. Mijn vader, die op de grond met m’n zoontje zat te spelen, mompelde toen: “Ja, bommen op het strand, dat is een keer gebeurd.” Ik vroeg: “Wat zeg je nu?” Hij: “Aan de Costa del Sol of zo.” Dat zat nog in zijn geheugen en toen we dat gingen uitzoeken bleek het nog te kloppen ook. In de jaren zestig tijdens het bijtanken in de lucht gebeurde er een ongeluk waarbij een toestel met vier atoombommen neerstortte en twee bommen beschadigd raakten. Geen grote ramp, al is de grond is er nog steeds vervuild. Het is geen bekend verhaal omdat Franco dat destijds allemaal onder de pet hield. Zelfs de zanger van Righeira kende het niet. Het zit niet in het collectieve geheugen en hoe dat komt wordt in de show uitgelegd.’
De show?
‘Zo noem ik het soms gekscherend. Dat is spreektaal. Uiteindelijk is het toch een soort theater. Televisie is één grote poppenkast waar ik met verbazing naar kijk en waaraan ik op mijn manier een bijdrage probeer te leveren.’
Show is toch niet negatief?
‘Er zit wel iets laconieks in.’
Daar denken ze bij Endemol heel anders over.
‘Maar dat is een andere wereld. Wat wij doen is een beetje theatraal en achter de schermen noemen we het vaak amateurtoneel. Als ik na een opnamedag met de cameraman naar huis rij, is het soms van: het was weer leuk amateurtoneel vandaag. Dat ís het toch ook. Ik ben geen kenner, heb er niet veel verstand van en dat hebben de mensen die we filmen ook niet. Het is speels en kleinschalig.’
En Teun van de Keuken vertolkt de hoofdrol in uw theater?
‘Hij is de interviewer. Een vrij traditionele rol om nog enig houvast te bieden. Nee, dat is flauwekul. Er zitten ook gewoon mooie interviews in. Dat is een vak en Teun is een heel goede journalist. Bovendien is hij historicus en daarom wist ik dat hij het leuk zou vinden.’