Het is geen echte club, met een voorzitter, een penningmeester en een secretaris, met notulen en jaarlijkse contributie, kortom alles waar Nederlanders zo dol op zijn, maar een gezelschap dat elkaar willekeurig treft, verbonden door de hond. Ik ben zelf geheel vrij van hondenliefde, dus komt het goed uit dat deze mensen allemaal op een kluitje onder de bomen gaan staan, waar de honden naar hartenlust aan elkaar kunnen snuffelen en – ook al lopen ze allemaal los – toch liever in elkaars buurt blijven dan dat ze zouden komen inspecteren of ik ook lekker ruik.
Club
Wanneer ik ’s ochtends vroeg de deur uitloop, zie ik meteen al de eerste hardlopers langs de singel, de eerste yogamannen die met hun matjes naar de om de hoek gelegen yogaschool fietsen, en de hondenclub die zich verzamelt onder de bomen.