Na de Tweede Wereldoorlog kreeg de Duitstalige minderheid het in het communistisch geworden Roemenië zwaar te verduren. Herta Müller (1953) is zo’n ‘Rumänendeutsche’. Haar vader zat bij de ss, moeder verbleef vijf jaar in een sovjetwerkkamp. Haar jeugd bestond uit angst, repressie en zwijgen. Eenmaal het dorp ontvlucht (‘ik was de eerste die naar de stad ging om een beroep te leren’), werd Herta Müller in Timisoara vertaalster in een machinefabriek. Als dissidente werd ze door de geheime dienst Securitate gevolgd. Ze werd afgeluisterd, bedreigd, vernederd en mishandeld. Vrienden van haar werden door de Securitate vermoord of tot zelfmoord gedreven. Ook lesgeven bleek voor haar niet vol te houden omdat ze in de klas voortdurend Ceausescu moest prijzen. Alleen schrijven bood verlichting. Haar eerste boek Niederungen, vertaald als Lage streken, kon alleen in gecensureerde vorm verschijnen, haar tweede bundel werd verboden. In 1987 mocht Herta Müller naar West-Duitsland emigreren, maar ook daar werd ze door de Securitate met de dood bedreigd. Pas jaren na de val van Ceausescu kon ze haar intussen opgeschoonde Securitate-dossier inzien, ‘en ze wisten ook dat deze verraderlijkheid meer kapotmaakte dan hun chantage’ (uit: De koning buigt, de koning moordt). In Duitsland schreef ze verder aan een oeuvre dat over het leven onder de dicatuur gaat, met alle angsten en trauma’s van dien. In 2009 kreeg Herta Müller de Nobelprijs voor literatuur. ‘Zij heeft het landschap van de mensen zonder vaderland beschreven,’ aldus het Nobelprijscomité.
Onontkoombaar
Hoewel Herta Müller zich na de Nobelprijs uit het openbare leven terugtrok – net als Wislawa Szymborska, over wie hij eerder een film maakte – kreeg John Albert Jansen na enig aandringen toestemming om haar thuis in Berlijn te filmen. Hij leerde haar werk kennen toen hij midden jaren tachtig als student en later als journalist in West-Berlijn woonde. ‘Bij Herta Müller is elk woord een beeld dat angst oproept. Haar oeuvre is gesloten en onontkoombaar, de weerslag van de dictatuur waarin ze is opgegroeid. Haar woning is bezaaid met kleurige knipsels uit kranten en tijdschriften. Als ze niet aan een roman werkt, maakt ze daarvan collagegedichten. Ze getuigen van een speelse fantasie, maar ook van angst en verbijstering.’
In Het alfabet van de angst vertelt ze over haar jeugd en de onderdrukking onder Ceausescu, afgewisseld met beelden van haar geboortedorp, getuigenissen van de laatste nog overgebleven dorpsbewoners. De film is de voortzetting van een reeks documentaires die Jansen vanaf 2009 in samenwerking met vpro en Poetry International heeft gemaakt, over Hugo Claus (Wreed geluk), Szymborska (Einde en begin) en de Arabische dichter Adonis (Het afwezige land). ‘Ik streef daarbij niet naar een “traditioneel” dichtersportret, maar wil aan de hand van gedichten een reis maken door het land en het werk van de dichter.’
Indirect
De regisseur betreurt het wel eens dat zijn films steeds weer als een aparte categorie worden gezien, tot kunstdocumentaires, ‘dichtersportretten’ of ‘poëtische films’ worden bestempeld, en daardoor anders worden bejegend. ‘Er zijn namelijk alleen documentaires, die zijn goed of slecht en ze vertellen een verhaal. Dat is de kern. Ritme, vorm, compositie spelen daarin een rol. Het lijkt wel alsof de documentaire tegenwoordig vooral over iets actueels moet gaan, over een probleem, globalisering en vergroening, of over “jongeren”. Armando zei al: “Jongeren, ik hou niet van ze omdat ze jong zijn, ik hou niet van ze omdat ze ouder worden”. We hebben het afgelopen decennium ook zo ongeveer alle mogelijke ziektes de revue zien passeren. Er is wat mij betreft scheefgroei ontstaan inzake engagement; dat moet betrekking hebben op iets concreets en liefst politiek correct zijn. Naar de achtergrond gedrongen is het engagement dat blijkt uit de vorm, het ritme, de compositie, het handschrift van de regisseur. Mijn films raken wel degelijk aan grote thema’s, maar op een indirecte manier. Poëzie is daarbij een prachtig vehikel om een reis te maken door een landschap, iemands leven en werk en daarbij die grote thema’s aan te snijden, maar anders dan in reportages van een actualiteitenrubriek. Bijvoorbeeld een reis door Polen aan de hand van het werk van Szymborska, en dan te raken aan de verhouding tussen het individu en een totalitair regime. Of een reis door Vlaanderen, niet om een portret van Hugo Claus te maken maar om uit te vinden uit wat voor katholieke klei die man geboetseerd is. Of door de Arabische wereld aan de hand van het werk van Adonis, maar dan om voelbaar te maken wat zijn islamkritiek inhoudt, niet omdat Adonis toevallig in Syrië geboren is en dat land opeens in de belangstelling staat. Nee, je moet juist weg blijven uit die actualiteit, en de reis met behulp van poëzie, muziek, tekst, ritme en vorm maken. Eigenlijk pleit ik met mijn films voor een ander soort engagement. Graag leen ik daarbij de woorden van de Antwerpse schilder Sam Dillemans. In een YouTube-filmpje dat ik zag foetert hij wat over de tijdgeest en dan zegt hij: “Mee zijn met je tijd is altijd creperen. Je moet niet mee zijn met de tijd. Je moet mee zijn met de poëzie.”’
Ziel
‘Overigens heb ik ook een voorliefde voor randfiguren in de literatuur, die zich in het struikgewas ophouden. Zo gaat mijn film En nu de droom over is, over Michaël Slory, niet zozeer over de dichter, maar over Suriname en de koloniale verhoudingen, en over De goddelijke gekte over Hans Vlek durf ik te beweren dat er de afgelopen vijftien jaar geen merkwaardiger figuur op tv te zien was dan hij.
Ik geloof dat het ook een taak is van een documentairemaker om zulke figuren voor het voetlicht te halen. Ook in Het alfabet van de angst gaat het me niet om een biografisch verhaal, maar, om toch maar grote woorden te gebruiken, de kern en de ziel van het werk te raken. Het thema van Herta Müller is het individu versus de dictatuur, de blijvende angst en trauma’s die daarvan het gevolg zijn. Niemand die daar zo kernachtig en aangrijpend over kan vertellen en schrijven als zij.’
2Doc: Het alfabet van de angst
Dinsdag, NPO 2, 23.00-23.55 uur