In het boek ‘Viroloog in een veranderende wereld’ beschrijft Mischa Huijsmans hoe zijn moeder, viroloog Marion Koopmans, wetenschap bedreef in crisistijd. “Wij werden niet verrast door de coronapandemie. Virussen zijn nu eenmaal onderdeel van het leven.” Een vraaggesprek met moeder en zoon.

Met je handen wroeten in het achterste van een koe, de maaginhoud van een paard leegzuigen of de geboortes van kalfjes en lammeren begeleiden: als jonge vrouw kon Marion Koopmans zich geen mooier vak voorstellen dan veearts. Hoewel ze regelmatig te horen kreeg dat de wereld van de diergeneeskunde veel te zwaar was voor een vrouw, liet ze zich daar niet door tegenhouden. Zij zou wel even laten zien dat een punkmeisje uit Limburg niet onderdoet voor al die mannen.

Uiteindelijk werd Marion Koopmans toch geen veearts. Ze merkte dat ze meer interesse had in de oorzaken van ziektes, in het grotere plaatje, dan in het genezen ervan. Maar die instelling – doorknokken, je niet klein laten krijgen – heeft ze nog altijd. Dat kwam de afgelopen drie jaar goed van pas, toen viroloog Koopmans een publieke figuur werd en haar leven drastisch veranderde. Door haatmails en bedreigingen werd het ineens onmogelijk voor haar om zich vrij te bewegen.

In het boek Viroloog in een veranderende wereld beschrijft de zoon van Marion Koopmans, Mischa Huijsmans, waar de drive van zijn moeder vandaan komt, met welke uitdagingen zij als viroloog te maken krijgt en hoe ze de afgelopen coronajaren heeft ervaren.

Een boek schrijven over jouw moeder, waarom wilde je dat?

Mischa Huijsmans: ‘Toen mijn moeder een publieke figuur werd tijdens de coronapandemie, werd er soms een karikatuur van haar gemaakt waardoor mensen heel venijnig reageerden. Ik dacht: door een kijkje in de keuken te geven en te laten zien waar ze vandaan komt, herinner je mensen eraan dat ze gewoon een mens is.’

Er gingen eindeloos veel indianenverhalen rond over jouw moeder, haar integriteit werd in twijfel getrokken. Is het boek jouw manier om haar recht te doen?

MH: ‘Dat is een secundaire prioriteit. Vanaf dag één hebben we gezegd: we willen mensen inzicht geven in virusuitbraken. Toen de pandemie begon, zeiden veel mensen dat je zoiets maar één keer in je leven meemaakt. Bij ons thuis was de reactie net iets anders. Ik wil niet zeggen dat het routine was, maar mam was al vaker betrokken geweest bij de bestrijding van uitbraken. Virussen zijn nu eenmaal een onderdeel van het leven.’

Marion Koopmans: ‘Er barstten verwoede debatten los over zaken die je al decennia geleden aan zag komen. In november 2019 had ik een internationale publicatie waarin ik schreef dat onze manier van denken over de uitbraak van infectieziekten gebaseerd is op kennis van vijftig jaar geleden. Met terugwerkende kracht was dat wel spot on. Dus met het boek wilde ik laten zien hoe dat nou werkt, zo’n virusuitbraak, en hoe je erop voorbereid kunt zijn.’

De term preparedness komt vaak voor in het boek. Wat houdt dat in?

MK: ‘Dat gaat over alles wat je moet weten om voorbereid te zijn om een virusuitbraak. Symptomen herkennen bijvoorbeeld, of kennis opdoen over de manier van verspreiding en weten hoe je kunt voorkomen dat het probleem groter wordt. Virussen veranderen, maar de vragen waar je antwoord op moet vinden, zijn bijna altijd dezelfde. In mijn vakgebied proberen we voor de virusuitbraak al zoveel mogelijk kennis te vergaren, zodat we die vragen snel kunnen beantwoorden. Het gros van de mensen, inclusief ziekenhuispersoneel en huisartsen, kent die manier van werken niet. Die gaan pas nadenken over wat ze moeten doen als de uitbraak een feit is. Ik hoop dat we in de toekomst meer gaan investeren in preparedness, want dit soort uitbraken gaan opnieuw gebeuren. Maar je ziet dat de aandacht ervoor alweer afneemt.’

Meneer Huijsmans, wat is het meest verrassende dat je door het schrijven van dit boek over jouw moeder te weten bent gekomen?

‘Twee dingen. Haar wildheid, de enorme drive om haar doelen na te jagen. Als tiener zeiden de nonnen op school tegen haar dat ze een meisjesberoep moest kiezen, maar daar trok ze zich niets van aan. Ze koos haar eigen pad.’

Toen de eerste winter op de middelbare school aanbrak, drong het tot Marion door dat ze ondanks de kou verplicht was naar school een lange rok aan te trekken. (…) Verontwaardigd begon Marion met een paar anderen een campagne met de eis dat ook meisjes voortaan op school een broek mochten dragen. Ze organiseerden een protestactie en oefenden net zolang druk uit op de zusters en de moeder-overste tot de schoolleiding zwichtte. Zodra die strijd was gewonnen, eisten de activisten dat de nieuwe regel ook voor hotpants zou gaan gelden, maar daarvoor was nog wat meer overredingskracht nodig. (p. 18)

‘Het tweede wat ik ontdekte aan Marion is dat zij als kind net zo veel zooi verzamelde als ik. Zij ergert zich wel eens aan mijn verzamelwoede, want ik laat veel spullen in haar huis achter.’

MK: ‘Koppen van dooie beesten bijvoorbeeld.’

MH: ‘Ja, ik heb nu een vossenschedel achtergelaten die nog begraven moet worden zodat die over een paar maanden mooi schoon is. Ik voel me nu minder schuldig over het achterlaten van al die zooi.’

U zet jouw moeder neer als een heel bevlogen wetenschapper. Mevrouw Koopmans, wat is er eigenlijk zo mooi aan jouw vak?

MK: ‘De virologie is nooit saai. De aanwezigheid van virussen is zo bepalend voor ons leven en ze komen overal voor. In planten, dieren, mensen, bacteriën. Nu zijn er weer twee chirurgen die met behulp van virussen tumoren willen vernietigen. En het lijkt erop dat dat gaat lukken. Dat is zo fascinerend. Ik ben echt gebiologeerd door de virusbiologie.’

Aanvankelijk las mijn moeder de e-mails en sociale-mediaberichten die haar karakter in twijfel trokken, haar uitscholden voor alles wat slecht en lelijk is of haar regelrecht bedreigden. Die berichten waren zonder meer verontrustend. Als je daar te veel mee bezig bent kruipen ze onder je huid. (…) Hoewel Marion even overwoog om minder mediaoptredens te doen, zag ze daar uiteindelijk van af. Ze zag het als haar verantwoordelijkheid om de wetenschappelijke gegevens en afwegingen te blijven uitleggen en mensen te helpen om deze complexe, ingrijpende en snel veranderende situatie te begrijpen. De coronapandemie was veel te ernstig. Ze wilde zich niet laten afschrikken door een stelletje overijverige toetsenbordterroristen. (p. 281)

MK: ‘In het najaar van 2020 merkte ik dat de stemming narriger begon te worden. Mensen hebben best lang de moed erin gehouden, hoopten dat een vaccin ons van alle ellende zou verlossen. Toen kwam de eerste variant, ging de boel weer op slot en werd de druk op de maatschappij groter. Mensen zochten een uitlaatklep en ik werd een doelwit. We hebben toen bijvoorbeeld gezorgd dat ons adres online niet meer te vinden was en bewakingscamera’s geïnstalleerd.’

Wat vond je het vervelendst?

MK: ‘Het gescheld en al die rare verhalen, daar kan ik wel tegen. Maar mensen die bewust desinformatie verspreiden, die haalden echt het bloed onder mijn nagels vandaan. Juist omdat ik het zo belangrijk vind om dingen goed uit te leggen. Het is zo makkelijk om mensen de verkeerde tunnel in te leiden. Ik voelde me machteloos dat ik daar zo weinig tegen kon doen, maar tegelijkertijd was het een enorme drijfveer om uit te blijven leggen hoe het wél zit.’

MH: ‘Het is moeilijk te peilen hoe serieus je bedreigingen moet nemen. In het begin wuifde ik ze weg, maar gaandeweg de research voor het boek realiseerde ik me dat er een harde kern onder zit waarvan je niet zeker weet of die je iets zullen aandoen. Het zijn er niet veel, maar het zou naïef zijn om ze niet serieus te nemen.’

Is de polarisatie in de samenleving nog tegen te gaan?

MH: ‘Ik begeef me veel in hippie-achtige muziekkringen en onder sportschooltypes. Daar zijn best veel vaccinatiesceptici. Ik probeer hen niet te overtuigen om toch een vaccin te nemen, maar leg wel uit waarom het wereldwijde complot volgens mij niet bestaat. Ik heb gemerkt dat veel twijfelaars echt voor rede vatbaar zijn. Zolang je iemand maar serieus neemt en het gesprek aangaat.’

MK: ‘Dat vind ik zo leuk aan jou, jij hebt het geduld om die gesprekken aan te gaan. Ik vind het wel zorgelijk hoe we die werelden weer bij elkaar kunnen krijgen. In de toekomst gaan we vaker dit soort uitbraken krijgen, hoe zorgen we er dan voor dat we de neuzen dezelfde kant op krijgen? Ik ben pessimistischer geworden over wat je kunt bereiken vanuit mijn vakgebied.’

Is jouw moeder veranderd de afgelopen drie jaar?

MH: ‘Natuurlijk, ik denk dat het sowieso iets met je doet als je drie jaar lang zo hard werkt. En tegelijkertijd is ze nog precies dezelfde. In haar gedrevenheid, het fundamentele idee dat ze haar werk zo goed mogelijk wil doen. Daarin is ze geen steek veranderd.’

Mischa Huijsmans
Viroloog in een veranderende wereld

meer boekentips