Idee?
‘Ik ben sinds 15 jaar actief bij een NGO in
Peshawar, die zich bezig houdt met het landmijnenprobleem. Ik heb daar altijd
met veel plezier gekeken naar de ontwikkelingen van de lokale filmindustrie, met
al zijn kleuren en enthousiasme, en ik was dan ook diep bedroefd door de
aanslagen die militante fundamentalisten op de industrie pleegden. De
belangrijkste reden voor mij om dit onderwerp te behandelen is dat geweld tegen
artiesten, filmmakers en muzikanten de frontlinie lijkt te zijn van het conflict
tussen degenen die geloven in creativiteit en moderne educatie, en zij die
alleen maar geloven in gebeden en Middeleeuwse waarden.’
Angst?
Elke dag voelde alsof ik Russische roulette aan het spelen was, maar ik heb er
nooit aan gedacht om te stoppen. Voor mij was deze film belangrijker dan de
vrees voor mijn eigen veiligheid. Ik heb voor deze film alles gegeven en heb
heel wat persoonlijke grenzen verlegd. Ik heb genoten van elke minuut dat ik aan
Miscreants heb gewerkt, vanwege de vrienden in de lokale filmindustrie die mij
bijstonden en de risico’s deelden. De passie van die moedige filmartiesten was
een enorme inspiratie die mijn persoonlijke angsten verzachtten.
Idolen?
‘Ik ben een compleet eclectisch persoon dus dit is een
lastige vraag voor mij. De filmregisseurs die ik goed vind zijn er te veel om op
te noemen, maar de twee films die mij het meest hebben beïnvloed zijn
Apocalypse Now en El Salvador. Op documentairegebied hou ik van films die
inzicht geven in menselijke karakters. Voor mijn gevoel is het als
documentairemaker belangrijk dat je helpt om de karakters op het scherm tot
leven te brengen, zoals een dramaregisseur. Mijn favoriete documentaire aller
tijden is ‘Rumble in the Jungle’ over het gevecht tussen Muhammad Ali en George
Forman in Kinshasa. Dat is het soort film waar ik naar streef om te maken.’
Ambities?
‘Totdat mijn lichaam het opgeeft, ik ben nu 60, wil ik
documentaires in de frontlinie blijven maken. Ik ben nu bezig met twee
documentaires waarvoor ik een aanzienlijke tijd naar Afghanistan moet. Ik ga
ervan uit dat ik nog twee jaar zal moeten filmen om ze te voltooien, onder nog
gevaarlijkere omstandigheden dan bij Miscreants. In de toekomst wil ik ook de
bovennatuurlijke elementen in een oorlog verder onderzoeken en accentueren. In
een oorlogssituatie, als de filmmaker omgeven is door de dood, gebeuren er
dingen die verder gaan dan het fysieke. Onze perceptie van realiteit wordt niet
op bevredigende wijze door de camera geregistreerd.’
Een van de
themaprogramma’s van het IDFA dit jaar is ‘Niet Normaal’. Heet u ooit, tijdens
het maken van een film, gedacht: Dit is niet normaal!?
‘‘Vreemder
dan dit wordt het niet’, zo beschouw ik mijzelf. Ik leef in een soort van
hyperrealiteit en ik vind de normale samenleving harder dan een oorlogsgebied.
Extreme gebeurtenissen, zoals het bloedbad in Kihebo, Rwanda waar ik getuige van
ben geweest, hebben mij voorgoed veranderd. Je kan niet meer terug, dat soort
horror vergeet je nooit meer.’
Nog te zien in Amsterdam
Zaterdag 21 november: 23:15 uur, Tuschinski 2
Zondag 22 november: 17:45
uur, Tuschinski 5
Vrijdag 27 november: 19:45 uur, Munt 11