Hoe kwam Kathleen Peterson onderaan de trap van haar huis in Durham, North Carolina terecht, badend in haar eigen bloed, met drie snijwonden in haar achterhoofd? In de nacht van 9 december 2001 belt de Amerikaanse romanschrijver Michael Peterson in totale paniek het alarmnummer. Zijn vrouw is van de trap gevallen. Ze ademt nog, zegt hij. ‘Schiet alsjeblieft op!’ Maar tegen de tijd dat de hulpdiensten zijn gearriveerd, is Kathleen overleden.
Had zij even daarvoor inderdaad een ongelukkige val gemaakt, na een paar glazen wijn en een valiumpilletje, zoals Michael zegt? De politie acht deze verklaring onwaarschijnlijk en start een onderzoek. Wanneer ze seksueel getinte foto’s van mannelijke escorts op zijn computer aantreffen, denken ze een motief te hebben gevonden. Michael Peterson heeft zijn vrouw omgebracht nadat zij had ontdekt dat hij er buitenechtelijke seksuele contacten met mannen op nahield, zal de officier van justitie later in de rechtszaal betogen. Iets wat de schrijver en zijn advocaten direct ontkennen. Zijn vrouw wist dat hij biseksueel was en vond dat prima.
Kathleen Petersons dood is legendarisch binnen de true-crime-wereld. Er zijn eindeloos veel ideeën over wat er gebeurd kan zijn (zo is er zelfs een theorie waarin een uil het heeft gedaan), maar niemand lijkt de afgelopen twintig jaar een definitief antwoord te hebben gevonden. Desondanks werd Michael in 2003 veroordeeld voor de moord op zijn vrouw.