Hysteria wordt geafficheerd als een komedie over de uitvinding van de vibrator. Klinkt spannend, maar in Tanya Wexlers romantische komedie zit geen seconde bloot. Al zien we wel een heleboel dames klaarkomen.

Londen, eind negentiende eeuw. Dr Robert Dalrymple ( Jonathan Pryce) behandelt in zijn privépraktijk hysterische vrouwen. Vrouwen die door hun mannen worden gestuurd omdat ze thuis ongelukkig zijn. Dalrymple weet wel hoe hij deze vrouwen van hun hysterische aanvallen af kan helpen. Hij vraagt ze hun benen te spreiden, wrijft zijn handen in met olie en begint met manuele massage. De vrouwen schreeuwen het uit van plezier en kunnen er weer een week tegen.

De kliniek – de preutse Dalrymple denkt oprecht dat hij medisch werk verricht – is zo’n succes dat Dalrymple de hulp inroept van de jonge, idealistische dokter Mortimer Granville ( Hugh Dancy). Die krijgt al snel rsi van het aantal vrouwen dat hij manueel masseert. Het is maar goed dat zijn beste vriend een uitvinder is en wel een manier weet hoe Mortimers handenarbeid gemechaniseerd kan worden. Wat uiteindelijk zal leiden tot de uitvinding van de vibrator.

Maar het gaat helemaal niet om die vibrator! Het gaat in Wexlers film om emancipatie. En Charlotte ( Maggie Gyllenhaal), de vrijgevochten dochter van dokter Dalrymple, is daar de personificatie van. In Victoriaans Engeland zou zo’n moderne meid worden vermalen, maar dit is een romantische komedie, geen sociaal-realistische film. ( Al beweren de makers dat er wel degelijk historische elementen in hun film zitten.)

Natuurlijk valt de jonge dokter uiteindelijk voor de eigenzinnige en onafhankelijke Charlotte. Ook daar gaat het niet om. Het gaat om de weg daar naartoe. En die is bijzonder prettig. Er wordt niet op de lachers gespeeld. De situatie – dokters vingeren vrouwen als therapie – is op zich al grappig genoeg. Hoofdrolspelers Dancy en Gyllenhaal weten wel raad met hun personages en de film zakt nooit in. Dat laatste vooral dankzij de bijzonder gevatte dialogen van het debuterende schrijversechtpaar Stephen en Jonah Lisa Dyer.

En de beste teksten zijn voor Lord Edmund St. John-Smythe ( Rupert Everett), het verwende, homoseksuele uitvindersvriendje van Mortimer , die geamuseerd-verbaasd neerkijkt op al die vrouwelijke opwinding.

Meer over Hysteria