Zero Dark Thirty werd in Amerika ontvangen met zowel lovende kritieken en talloze prijzen – Golden Globe voor actrice Jessica Chastain, vijf Oscarnominaties – als boegeroep. Onder meer Amnesty International tekende protest aan tegen de wijze waarop de martelingen in geheime CIA-gevangenissen in de film succesvol zijn in de zoektocht naar Bin Laden, iets wat volgens de voorlopige geschiedschrijving niet met de werkelijkheid strookt.
Die falsificatie voor dramatische doeleinden mag je Bigelow en scenarioschrijver Mark Boal (eveneens The Hurt Locker) gerust kwalijk nemen. Maar de propagandafilm waar Zero Dark Thirty vervolgens voor werd uitgemaakt in commentaren in onder meer The New Yorker en The Guardian, dat is het ook niet. Ja, voorstanders van martelen als ondervragingsinstrument zullen zich bevestigd voelen in hun denkbeelden. Maar dat geldt ook voor de tegenstanders. Daarvoor zijn de folteringen in de eerste akte simpelweg te gruwelijk, juist omdat Bigelow het als een documentaire filmt , zonder opsmuk.
Een betere protagonist voor een film die het liefst zo ambigue mogelijk blijft dan CIA-analiste Maya (Chastain) had Bigelow zich dan ook niet kunnen wensen. Ze is koppig en lichtelijk contact gestoord, zoals een moderne leading lady tegenwoordig lijkt te betamen (Homelands Carrie Mathison, The Killings Sarah Lund). Liefde of seks interesseren haar niet, het zou haar maar enkel afleiden van de missie waar ze haar hele volwassen leven aan heeft gewijd. 'I'm not the girl that fucks,' zegt ze op een gegeven moment, 'it 's unbecoming.'
Chastain schittert door van Maya zowel heldin als tragisch figuur te maken. Maar nog meer is het Bigelow - die in 2009 nog als eerste vrouw de Oscar voor beste regisseur won met het veel mindere The Hurt Locker maar dit jaar niet eens is genomineerd - die scène na scène haar virtuoze vakmanschap en talent voor suspense toont.
Het is vooral de ruim twintig minuten durende bestorming van Bin Ladens schuilplaats in Abbottabad, Pakistan waar de film mee afsluit, waarmee ze zich een plek in de filmgeschiedenis verschaft. Bigelow snapt dat de gebeurtenissen ook zonder pompeuze soundtrack of razende montage al monumentaal genoeg zijn. En dus filmt ze het zo droog en observerend mogelijk, als een trainingsvideo voor toekomstige Navy Seals.
Een meesterzet. En daardoor verreweg de beste film die over het post-9/11 tijdperk tot op heden werd gemaakt.
Maar liefst 157 minuten trekt regisseur Kathryn Bigelow (The Hurt Locker) uit voor haar War on Terror-kroniek Zero Dark Thirty, waarin ze de tien jaar durende klopjacht op Osama Bin Laden in een beschouwende, rijk gedetailleerde stijl toont. Een masterclass in hoe je van een hoop droge feiten en een vrijwel emotieloze protagonist toch wervelende, zenuwslopende cinema kan maken.