Zegt het ene spook tegen het andere: ga je nog naar de psychiater? Lachen om
een Tiger Award-winnaar, zo vaak komt dat niet voor. In
Finisterrae dwalen twee mannen in witte lakens door een Spaans landschap, op
zoek naar een orakel. Monty Python meets Tarkovski – zo valt de film te
omschrijven. De absurde humor van de Britten losgelaten in de beeldsymboliek van
de Russische filmer. De vrijdagavond in het Rotterdamse Luxor Theater bekroonde
filmmaker Sergio Caballero houdt spottend de clichés van de kunstfilm tegen het
licht: muurvaste kaders, dolende stipjes mens in oneindig landschap,
hermetische dialoog.
Hulde voor de jury van de 40ste festivaleditie
van het Internationale Film Festival Rotterdam (IFFR), die er onder leiding van
de Argentijnse filmer Lucrecia Martel voor koos drie sterk uiteenlopende films
te eren. Ook de mooiste échte kunstfilm uit de competitie voor beginnende
filmers werd bekroond met een Tiger; het spiritueel rijke en traag vertelde
Eternity. Een ‘meditatie over dood en leven’, aldus de Thaise filmmaker
Sivaroj Kongsakul.
De derde Tiger ging naar The Journals of Musan van de Zuid-Koreaan Park Jung-Bum, die in zijn krachtige maar ook wat monotone drama zelf de hoofdrol speelt als Noord- Koreaanse vluchteling met adaptatieproblemen.
Het publiek
waardeerde de Tigers-winnaars dit jaar slechts matig, zoals blijkt uit de
favorietenlijst. Daarin schuilt een gevaar: de Tiger-competitie – toch het
vlaggeschip van het festival – hoeft lang niet iedereen te behagen, maar ze moet
ook niet verder marginaliseren.
Teleurstellend was de jubileum-
editie van het IFFR zeker niet. Gepresenteerd onder de noemer XL, werd het
publiek alle ruimte geboden tot een brede verkenning van de prikkelende cinema.
Met originele en tevens hechte en goed te behappen speciale programma’s over
modefilms en Russische westerns, leek het festival ook meer in balans dan vorig
jaar. Toen stokte de poging om Afrikaanse cinema eigenhandig nieuw leven in te
blazen in een te ruim en daardoor onontwarbaar programma.
Alhoewel
de bezoekcijfers pas later dit weekend worden bekendgemaakt, lijkt het IFFR
onverminderd populair. Nergens ter wereld lopen liefhebbers zo massaal uit voor
dit slag cinema. Festivaldirecteur Rutger Wolfson liet deze week weten dat hij
het geen probleem vond als er eens tienduizend minder bioscoopkaartjes worden
verkocht – een luxe die Rotterdam zich kan permitteren. Tegelijk vraagt de
internationale status van het festival wel aandacht. Concurrerende festivals als
dat van het Amerikaanse Sundance en de Berlinale – waartussen het IFFR
ingeklemd zit – gaan almaar agressiever te werk bij het wegkapen van
aansprekende titels.
Rotterdam, dat internationaal bekendstaat als
het ster- en rode loper-loze festival, trachtte dit jaar wel degelijk grote
namen naar het festival te halen, maar slaagde daar nauwelijks in. Dat is niet
altijd een gemis: dat de aandacht zo naar minder bekende, maar lang niet minder
interessante gasten verschuift, doet de ontspannen festivalsfeer geen kwaad.
Maar dat geen van de zes voor de speciale jubileumdocumentaire
Tiger Eyes geïnterviewde cineasten – onder wie Michael Haneke en Jim
Jarmusch – de moeite nam om de wereldpremière van die film op te luisteren, was
wel een gemis. Zeker daar de film nu juist de verbondenheid met deze auteurs
moest benadrukken. Het ontnam de editie iets van glans, maar ook zonder
coryfeeën vierde het IFFR een waardige verjaardag.
Alle
prijswinnaars:
Tiger Awards
The Journals of
Musan,
Park Jung-Bum (Zuid-Korea)
Finisterrae
Sergio Caballero
(Spanje)
Eternity,
Sivaroj Kongsakul (Thailand)
Tiger Awards korte film
Stardust,
Nicolas Provost (België
)
Pastourelle,
Nathaniel Dorsky (VS)
Jan Villa,
Natasha Mendonca (VS/India)
Return of the Tiger Awards
Oki’s Movie,
Hong Sang-Soo (Zuid-Korea)
Club Zeus,
David
Verbeek (Nederland)
Fipresci Award
(door
de internationale
filmpers)
The journals of Musan,
Park
Jung-Bum (Zuid-Korea)
KNF Award
(door de
Nederlandse
filmpers)
Winter vacation,
Li Hongqi (China)
MovieSquad Award
(jongerenprijs)
Les Amours
Imaginaires,
Xavier Dolan (Canada)