Filmstudio Sony lijkt vastbesloten een ware spinnenplaag op de wereld los te laten. Ruim twintig jaar geleden, toen comicgigant Marvel nog geen eigen filmtak bezat, verwierf Sony de exclusieve rechten om films te maken over ‘vriendelijke buurtheld’ Spider-Man (en andere figuren uit zijn strips). En dat hebben we geweten. Sony produceerde tot nog toe zo’n vijftien films die zich afspelen in het spinnenuniversum (al dan niet in nauwe samenwerking met Marvel), en wil daar de komende jaren nog tientallen titels aan toevoegen.
Fijn voor hardcore Spidey-fans, maar de minder devote liefhebber gaat zo langzamerhand sterretjes zien. Welke film is een vervolg, welke een reboot, hoe verhoudt alles zich tot elkaar? En dreigt het zogenaamde SSU (Sony’s Spider-Man Universe), waarin de laatste jaren pulpfilms verschenen rond figuren als Venom, Carnage en Morbius, geen superheldenafvoerputje te worden?
Verrassend genoeg is het een animatiereeks die bewijst dat Spider-Manfilms nog steeds fris en enerverend kunnen zijn. In 2018 verscheen Spider-Man: Into the Spider-Verse, waarin nu eens niet good old Peter Parker centraal staat, maar Miles Morales, een bleue tiener van kleur, aan wie het spinnenpak wordt doorgegeven. Miles ontdekt dat er talloze parallelle werelden bestaan, met elk een eigen variant op Spider-Man. Leuk gevonden, die meta-insteek, maar meer nog dan de plot overtuigt de prachtige visuele stijl van de film, waarin verschillende animatietechnieken worden gecombineerd. Niet eerder voelde een film zo sterk als een tot leven gekomen comic.