In de hoogst vermakelijke documentaireserie Telemarketers reconstrueert een voormalig telemarketeer het bizarre verhaal van ‘de grootste fondsenwervingszwendel in de Amerikaanse geschiedenis’.

Er zijn veel banen met een dubieuze reputatie, maar weinig beroepen worden zó collectief gehaat als die van ‘telemarketeer’. Ze bellen altijd ongelegen, ze nemen nooit genoegen met ‘nee’, en ze weten consumenten altijd weer wat geld af te troggelen voor een bedrijf of goed doel.

Toch kan het altijd erger, en vooral: gekker, zien we in de driedelige HBO Max-documentaireserie Telemarketers. De serie begint als reconstructie van de hoogtijdagen van de ‘Civic Development Group’ (CDG), een schimmig bedrijf in New Jersey dat zijn geld verdient met fondsenwerving voor goede doelen. Of nu ja, het woord ‘goed’ is hier misschien niet helemaal gerechtvaardigd. In de openingsminuten van de documentaire leren we immers dat dit bedrijf in de jaren nul verantwoordelijk was voor de ‘grootste fondsenwervingszwendel in de Amerikaanse geschiedenis’, met werknemers die deden alsof ze geld ophaalden voor ‘goede doelen’ (denk aan kankerslachtoffers of nabestaanden van agenten). U raadt het al: slechts een fractie van dat geld kwam uiteindelijk terecht op de goede plek.

Alsof dat niet spraakmakend genoeg is, hing het bedrijf zelf ook aan elkaar van de rariteiten. Een van de CEO’s is een mislukte christelijke rockster, op de werkvloer wordt naar hartenlust gesnoven, gedronken en geblowd, en de medewerkers zijn vooral tieners zonder opleiding en mensen met een strafblad. Op kantoor maakte het dan ook geen zier uit wat je precies uitspookte: als je de targets maar haalt. Dat we zo’n diep inkijkje krijgen in deze absurde wereld, is vooral te danken aan voormalig telemarketeer Sam Lipman-Stern, die op 14-jarige (!) leeftijd voor CDG ging werken, en razendsnel doorhad dat de gebeurtenissen op kantoor vastgelegd moesten worden met zijn eigen videocamera.

Daarbij wordt het verhaal in de serie met de minuut gekker, vooral wanneer ‘legendarische telemarketeer’ Patrick zijn intrede doet. Deze drugsverslaafde, charismatische én hilarische ‘Pat’ lijkt zo weggelopen uit een C-film, en is daarmee een gedroomde hoofdpersoon. Samen met goede vriend Lipman-Stern – die ruim twintig jaar aan de serie werkte – gaat hij in de latere afleveringen op onderzoek uit naar de wereld waarin ze allebei actief waren. Het levert een beeld op van een eindeloos verdorven industrie, waarbij de aandacht vooral uitgaat naar de gewiekste cowboys aan de top van de keten.

Fraai is het allemaal niet, maar deze krankzinnige wereld leent zich wél perfect voor een van de vermakelijkste documentaireseries van het jaar, waarbij de levensles uiteindelijk simpel is: hang die telefoon direct op!

de nieuwste documentairetips in je mailbox?