Zaterdag 24 februari gaat de oorlog in Oekraïne het derde jaar in. Een ‘bevroren conflict’ en oorlogsmoeheid dreigen. De internationale aandacht is inmiddels verlegd naar de oorlog van Israël tegen Hamas en het is de vraag of de VS en Europa de wapensteun aan Oekraïne kunnen volhouden, terwijl Poetins oorlogseconomie op volle toeren draait. Als bondskanselier Scholz zegt dat Oekraïne ‘niet mag verliezen’, wat zegt hij dan eigenlijk? En wat niet?
Intussen blijft president Zelensky de wereld onvermoeibaar om hulp vragen en tonen de Oekraïners zich standvastig. Gevraagd hoe ze het volhouden zegt Oekraïnes bekendste romanschrijver Joeri Androechovitsj (in zijn recente essaybundel Der Preis unserer Freiheit): ‘Deze solidariteit had ik bij ons niet verwacht. De mensen blijken onverwoestbaar, hard, ze zijn uit op een overwinning voor Oekraïne, denken aan een betere toekomst en helpen elkaar. (…) Het leven wordt waardevoller dan het ooit was.’ Angst heeft volgens hem zelfs plaatsgemaakt voor wrange humor. Nadat een Russische raket in zijn tuin een diepe krater had geslagen zei een inwoner van Kryvy Rih, met een blik in de afgrond: ‘Dat is boffen, ik zie goede mogelijkheden voor een zwembad.’