In de meesterlijke openingsscène van het existentiële Daughter of Genghis (2024) – een documentaire van het Deense regisseurstrio Christian Als, Knud Brix en Kristoffer Juel Poulsen – zien we hoofdpersoon Gerel Byamba ’s nachts in haar gepimpte auto door de Mongoolse hoofdstad Ulaanbaatar rijden. Gouden glitternagels aan het stuur. De achteruitkijkspiegel toont haar in legerprint hoodie gestoken filmsterrengezicht. Er klinken sirenes. ‘Die verdomde Chinezen,’ zegt ze verbeten als ze langs een 24-uursmassagesalon rijdt. ‘Vrouwen die zichzelf verkopen aan buitenlanders zijn een schande. Het is mijn taak om Mongoolse vrouwen te beschermen. Mongoolse kinderen, Mongoolse genen: als deze vrouwen een kind krijgen baren ze de toekomst van het moederland.’
Even lijkt het alsof we een zachte kant te zien krijgen van deze hard-boiled vrouw met haar rug vol tatoeages die de neonationalistische vrouwenbeweging Gerel Khas leidt. ‘Ze spelen in op hun schaamtegevoel, zo houden ze deze vrouwen onder de duim,’ zegt de feminist, ogenschijnlijk vervuld van mededogen.
Maar dan valt ze met haar bende de betreffende salon binnen en word je als kijker in een totaal andere richting geslingerd. ‘Geneer jij je niet helemaal kapot?!’ sneert ze tegen een jonge prostituee, terwijl ze haar een duw geeft. ‘Vind je dit normaal? Je lichaam verkopen aan Chinezen?’
Who the fuck is Gerel? Dat is iets wat de Deense filmmaker en fotojournalist Kristoffer Juel Poulsen – lange, blonde krullen, hippe snor – zich met regelmaat afvroeg tijdens het maken van Daughter of Genghis. Hij filmde haar over een tijdsspanne van zeven jaar – veel langer dan oorspronkelijk gepland vanwege corona – in uiteenlopende situaties: knuffelend met haar zoontje Temuulen of haar tranen wegslikkend als ze vertelt over het mijnongeluk van de vader van haar kind (over zijn dood rept ze aanvankelijk met geen woord tegen Temuulen). Dan weer vechtend met prostituees of vurig pleitend voor de hertoe-eigening van de swastika als nationaal symbool. Tijdens het filmproces in het land van Genghis Khan drong zich bij Joulsen nóg een vraag op, zo vertelt hij via een videoverbinding vanuit zijn Deense woning: ‘What the fuck is Mongolië?’