In de documentaire Tegengif volgen we de Rotterdamse chirurg Casper van Eijck gedurende vijf jaar (van 2019 tot 2024) in zijn strijd om een nieuwe behandelmethode voor alvleesklierkanker van de grond te krijgen.
In 2023 kregen 2.868 mensen de diagnose alvleesklierkanker. Het is daarmee lang niet de meest voorkomende kankersoort, maar de ziekte heeft van alle kankersoorten met afstand de slechtste prognose. De vijfjaar overlevingskans is slechts vijf procent. Bestaande behandelingen bieden geen soelaas.
Het idee van Van Eijck is om een bestaand vogelvirus (ndv, ook wel ‘pseudovogelpest’) zodanig genetisch te modificeren dat het, eenmaal ingebracht in het lichaam van een patiënt, de kankercellen te lijf gaat. Van Eijck kwam op het idee toen hij hoorde over een Nederlandse veearts die zichzelf had geïnjecteerd met het vogelgriepvirus en nog zeven jaar leefde.
Aan het begin van de filmperiode van Tegengif (in 2019) is Van Eijck positief gestemd dat het project snel kan worden gerealiseerd. Financiering voor een nieuw te bouwen lab om de therapeutische virussen te produceren lijkt rond. Hij is ook vol goede moed over het goedkeuringstraject: binnen vier jaar krijgen de eerste (test)patienten hun ‘oncolytisch virus’ toegediend.
Het laboratorium was inderdaad in 2023 klaar, maar anno 2024 wordt er nog niets geproduceerd. Het rivm wijst een eerste aanvraag voor goedkeuring af. Er moet omvangrijk aanvullend onderzoek komen om zeker te weten dat die gemuteerde virussen niet in het milieu terechtkomen. Het zorgt voor frustratie bij Van Eijck en medeteamlid viroloog Ron Fouchier: ‘Het virus dat wij gebruiken is al op een half miljard kippen getest, er zitten slechts twee kleine veranderingen in. Er is een verschil tussen nice to know en need to know.’ Maar het mag niet baten.
Patiënten lezen ondertussen over die nieuwe methode, maar Van Eijck moet nee verkopen. Voorlopig is het nog niet zover. Een nieuwe goedkeuringsaanvraag kan naar verwachting in het najaar van 2024 worden ingediend.