Acht jaar gevangenisstraf, zweepslagen, een boete en inbeslagname van bezittingen. Daartoe werd de Iraanse filmmaker Mohammad Rasoulof (Manuscripts Don’t Burn, There is No Evil) in mei 2024 veroordeeld in Iran. Zijn zoveelste clandestiene speelfilm, The Seed of the Sacred Fig, was toen net af. Drie weken later was Rasoulof zijn land ontvlucht en ontving hij in Cannes de Speciale Juryprijs. Na een turbulent jaar treffen we de filmmaker in ballingschap begin februari bijzonder goedgemutst op het IFFR, twee weken nadat zijn film voor een Oscar is genomineerd.
In The Seed of the Sacred Fig raakt een Iraanse onderzoeksrechter verstrikt tussen loyaliteit aan zijn werk en loyaliteit aan zijn gezin. Dit gebeurt ten tijde van de massale protesten van 2022 die volgen op de dood van Mahsa Amini: de student die door politiemensen wordt doodgeslagen omdat ze haar hoofddoekje niet naar behoren draagt. Als de rechter thuis zijn dienstpistool thuis kwijtraakt, verdenkt hij zijn tienerdochters ervan daar iets mee te maken te hebben. De metafoor die Rasoulof in zijn filmvertelling gebruikt, is die van de Ficus religiosa, een vijgenboom met zaden die door vogels op de takken van andere bomen worden gedropt. Daar ontkiemen ze en vervolgens laten ze hun wortels naar de grond zakken om zo de gastheer langzaam te wurgen en zich te voeden met zijn resten.
The Seed of the Sacred Fig laat zien hoe iemands persoonlijke integriteit in het geding raakt als overheidsbeleid in de privéruimte doorsijpelt. Waarom is dat zo’n essentieel thema in al uw films?
Mohammad Rasoulof: ‘Het verhaal van de film kwam voort uit mijn persoonlijke ervaringen, omdat ik de afgelopen vijftien jaar voortdurend in aanraking kwam met machthebbers in een onderdrukkend systeem. Daardoor ben ik compleet geabsorbeerd geraakt door de vraag hoe je daarin als mens kunt functioneren. Als je je persoonlijke ruimte opgeeft, word je gehoorzaam aan de macht. Dat is waarom simpelweg jezelf zijn zeer ingewikkeld wordt met totalitaire regels.’