Het klinkt als de aanzet van een mop: activist Malcolm X, bokskampioen Cassius Clay, footballster Jim Brown en soulzanger Sam Cooke brengen samen een avond door in een hotelkamer in Miami. Maar zo gebeurde het echt, op 25 februari 1964.
Clay (pas 22 en nog niet omgedoopt tot Muhammad Ali) heeft die avond zijn eerste wereldtitel behaald en gaat dat vieren op de hotelkamer van Malcolm X, zijn spirituele mentor. Die laatste heeft ook Brown en Cooke uitgenodigd, die met enige tegenzin komen opdagen. De sportman en muzikant gaan liever de bloemetjes buiten zetten, maar hun gastheer heeft andere plannen: een avondje bomen onder het genot van een schaaltje ijs.
Tot zover de historische feiten, zoals beschreven in diverse biografieën. Wat de vier beroemde Afro-Amerikanen die avond precies bespraken, is verder niet bekend. Maar het bleef allicht niet bij beleefd gekeuvel. Allemaal bevonden ze zich op een keerpunt in hun leven: Clay verklaarde de volgende dag in een persconferentie dat hij ging toetreden tot de omstreden Nation of Islam, X stond juist op het punt diezelfde club te verlaten, Brown wilde stoppen met football en Cooke had net zijn eerste politieke song geschreven: de instantklassieker ‘A Change is Gonna Come’.