Het was afgelopen zomer de ‘talk of the town’ in Groot-Brittannië: politieke thrillerserie Bodyguard. Qua kijkcijfers bereikte de serie ongekende hoogten: het werd de best bekeken televisieserie sinds 2006. Wat mogelijk een rol heeft gespeeld in de hype is een bijna vergeten gevoel van de ‘collectieve wekelijkse kijkervaring’, in het ‘binge-tijdperk’ steeds vaker een zeldzaamheid. The Guardian omschreef Bodyguard dan ook als het ‘grootste nieuwe tv-drama van dit decennium’.
Hoofdpersoon van de miniserie is oorlogsveteraan en beveiligingsbeambte David Budd (Richard Madden), die per toeval een terroristische aanslag weet te voorkomen. Als beloning krijgt hij promotie: hij wordt aangewezen als belangrijkste lijfwacht van de minister van Binnenlandse Zaken. Nu wil het toeval dat deze Julia Montague (Keeley Hawes) net in het middelpunt van de belangstelling staat, omdat zij na de verijdelde aanslag wetgeving wil invoeren die de bevoegdheden van de politie en veiligheidsdiensten drastisch verruimt. Budd is het echter hartgrondig oneens met alles waar Montague voor staat en ziet zich geconfronteerd met een moreel dilemma: kun je iemand ten volle beschermen terwijl je het tot in het diepst van je ziel met die persoon oneens bent?
Creatief brein achter Bodyguard is Jed Mercurio, bekend van de soortgelijke Britse serie Line of Duty. Naast zijn strakke scenario zijn het vooral de hoofdrolspelers die imponeren. Richard Madden werd onlangs (als zoveelste in een lange rij) al getipt voor de opvolging van Daniel Craig als James Bond, en zijn rol in Bodyguard kan wat dat betreft geen betere sollicitatiebrief zijn. Waar zijn personage in de eerste aflevering nog wat vlakjes lijkt, ontwikkelt hij zich in de loop van het verhaal tot ideale antiheld: eerst berekenend en kil, maar geconfronteerd met morele vraagstukken steeds vaker impulsief en emotioneel. Ook Keeley Hawes intrigeert als enigmatische politica met controversiële standpunten.