Het is omstreeks 1690. Lodewijk de Veertiende wil zijn Franse imperium uitbreiden naar ‘de nieuwe wereld’, en dus trekken kolonisten de oceaan over naar ‘Nieuw Frankrijk’, het noordelijkste deel van Noord-Amerika (het latere Canada). Het beloofde continent is zowel in Franse als Britse ogen een onuitputtelijke bron van nieuwe welvaart, dus spanningen liggen voortdurend op de loer.
De ambitieuze achtdelige serie Barkskins is voorzichtig gebaseerd op de gelijknamige roman van Annie Proulx (Brokeback Mountain), maar waar Proulxs roman meerdere eeuwen besloeg, beperkt de serie zich tot de late zeventiende eeuw.
We openen – letterlijk – in het heetst van de strijd. We zien een brandend dorp, begeleid door sterk aanzwellende muziek. Kelen worden doorgesneden, indianen (‘schorshuiden’) opgehangen en een jong meisje slaagt er ternauwernood in om te ontsnappen uit de klauwen van bloeddorstige indringers. Oftewel: op weg naar welvaart blijken er eerst nog wat ‘obstakels’ te overwinnen. Welkom in de hel van het beloofde land. Na de grimmige proloog maakt de serie een sprongetje in de tijd en wordt een stortvloed aan personages geïntroduceerd. Daarbij maken we onder anderen kennis met een mysterieuze afgevaardigde van Hudson’s Bay (Aneurin Barnard), een pragmatische hotelier (Marcia Gay Harden), en een excentrieke baron (David Thewlis). Het zijn opportunisten die een graantje willen meepikken van de nieuwe welvaart, of lieden die simpelweg proberen te overleven.
In de beste scènes doet Barkskins daarmee sterk denken aan Deadwood (2004-2006), die briljante westernserie die zich ook op de prille grondvesten van de vroege Amerikaanse beschaving afspeelde. Hoewel Barkskins dat niveau nooit weet te benaderen, is het duidelijk dat de makers wel degelijk zijn beïnvloed door de legendarische westernserie. The Hollywood Reporter noemt Barkskins niet voor niets een ‘western, maar dan zonder pistolen en prostituees’.
Als (fictief) historisch drama komt Barkskins prima uit de verf, en trekt het bij vlagen interessante parallellen met de huidige tijd. De neiging tot polarisatie en wantrouwen bijvoorbeeld, of het zoeken naar winst ten koste van mensenlevens. Het zijn tijdloze thema’s die Barkskins boven de grauwe middelmaat der historische dramaseries uittillen.
Ook op andere punten scoort de serie een fraaie voldoende. De atmosferische score van Colin Stetson (Hereditary) is beklemmend; de cinematografie adembenemend en de cast uitstekend. Al blijft het de vraag waarom de (overwegend Engelssprekende) acteurs per se met zulke exotische accentjes moeten praten. Het is een vaker voorkomend euvel van historisch drama: het moet zo authentiek mogelijk, maar daardoor werkt het soms behoorlijk op de zenuwen of lachspieren.
Barkskins is een soms wat al te volle potpourri, met iets te veel personages en plotontwikkelingen voor een acht uur durende serie, maar het geheel is wel uitermate meeslepend en verbluffend in beeld gebracht. Daarom vergeven we de makers zelfs die gekke accentjes maar even.