VPRO Gids 14

4 april t/m 10 april
Pagina 13 - ‘‘AI heeft ons nodig’’
papier
13

Cadeautje!

Je leest dit artikel gratis. Wil je meer van de VPRO Gids? Neem een abonnement. Nu 12 weken voor slechts 10 euro. Ik wil meer lezen →

‘AI heeft ons nodig’

Jonathan Maas

De Duitse kunstenaar Mario Klingemann maakt in zijn werk gebruik van artificiële intelligentie (AI) en geldt als pionier op dat gebied. ‘AI-kunst is gemaakt voor mensen, niet voor andere computers.’

Memories of Passersby I

‘Het beste wat ik kan doen, is elk jaar mijn bed uit komen.’ Is dit een opmerking uit de koker van een ironische grapjas? Nee, geestelijk vader van deze zin is GPT-2, een op artificiële intelligentie (AI) gebaseerde tekstgenerator, gevoed met 60.000 beroemde en aansprekende citaten. Het systeem heeft de quotes zelf door elkaar gehusseld en verwerkt, ontdekte er patronen in en genereerde daarmee nieuw materiaal.
Dit recente werk van de Duitse AI-kunstenaar Mario Klingemann – geëxposeerd in Madrid (dat op het moment van schrijven op slot is vanwege het coronavirus) – wordt gepresenteerd in de vorm van allemaal nieuwe, gegenereerde frasen op een analoog letterbord, zo’n bord dat vroeger werd gebruikt op treinstations en luchthavens.

Voor het letterbord staat een knielbankje en de bezoeker die erop knielt ziet een zin verschijnen. ‘Die ervaart dat meestal als een persoonlijke boodschap,’ legt Klingemann uit wanneer we hem via Skype spreken. ‘De bezoeker geeft de zin betekenis, dat is precies waar het mij om te doen is.’ Het werk, luisterend naar de titel Appropriate Response, is Klingemanns reactie op de ‘aandachtseconomie’, waarin mensen, soms nogal hysterisch, betekenis geven aan een serie tekens op Twitter of andere onlineplatforms.

Portretten

Klingemann, geboren in 1970, geldt in de kunstwereld als AI-pionier. Hij is autodidact. Op jonge leeftijd raakte hij geïnteresseerd in zowel kunst als techniek, maar toen hij eind jaren tachtig voor een opleidingskeuze kwam te staan, was er geen enkele studie waarin zijn beide passies samenkwamen. Hij ging eerst aan de slag als grafisch vormgever, daarna werd hij fulltimekunstenaar; altijd werkte hij met computers en algoritmes.

Toen volgde de ontwikkeling van kunstmatige intelligentie. Klingemann maakte daarmee zijn bekendste werk, Memories of Passersby I, een autonoom werkende AI-installatie die in 2018 bij Sotheby's voor 42.000 dollar werd geveild. De installatie bestaat uit twee schermen waarop steeds vervormde portretten van een vrouw en een man te zien zijn, geproduceerd zonder menselijke inmenging, afgezien van de gebruikte trainingssoftware.

Het kunstwerk hanteert een systeem van neurale netwerken en zelflerende software, getraind op basis van duizenden digitale versies van geschilderde portretten uit de zeventiende, achttiende en negentiende eeuw. De samenstelling en volgorde van de nieuwe portretten die het genereert worden volledig bepaald door de computer: machine learning. ‘Met gewone computer-generated art heb je een programma nodig om de computer iets te laten doen,’ legt Klingeman uit. ‘Je geeft de computer regels waarbinnen die zijn opdrachten uitvoert. Je kunt nog een beetje willekeurigheid invoeren, zodat de computer je verrast, maar dat is het wel. Met machine learning geef je de computer geen regels, de computer gaat zelf patronen zoeken op basis van data die jij hem voedt en leert daarvan.’

Wolken

Wat bezielt een kunstenaar om het creëren van artistiek werk uit handen te geven aan een computer? ‘Ik ben verslaafd aan verrassing,’ motiveert Klingemann. ‘Ik wil continu nieuwe dingen zien. Mijn eigen verbeelding is te gelimiteerd, daarom werk ik met een extra voedingsbron: computers en AI. Die genereren nieuwe beelden en mogelijkheden waarvan ik anders geen notie zou hebben. Als mensen kunnen we ons nu eenmaal alleen dingen verbeelden op basis van wat we al eerder hebben gezien.
 ‘Mensen hebben behoefte aan zekerheden en willen alles categoriseren. Computers zijn meer fluïde en knopen patronen aan elkaar.’
Mario Klingemann

We kunnen ons niets voorstellen dat buiten ons systeem en onze perceptie ligt. Je herkent gezichten op basis van statische kenmerken, zoals ogen, neus en oren. Maar soms zie je ook gezichten in de wolken, omdat je dezelfde patronen tegenkomt. Computers zijn daar nog beter in: het herkennen van patronen op basis van informatie die jij de machine voedt. Ze leggen verbanden die jij nooit zult kunnen leggen.’

AI als inspiratiebron. Toch gaat Memories of Passersby I nog een stap verder: AI is hier namelijk niet alleen nieuwe-ideeëngenerator, maar creëert zelf het ‘eindproduct’, zonder menselijke kunstenaar als curator. Wordt de mens hier overbodig gemaakt? Nee, zegt Klingemann geruststellend, er is een mens nodig om het werk van betekenis te voorzien. ‘De machine weet zelf niet wat zij doet. Zij heeft een ontvangende partij nodig om te bepalen of het betekenis heeft of niet. Ik zie de output van AI als een zaadje dat grond nodig heeft om een bloem te worden. AI-kunst is gemaakt voor mensen, niet voor andere computers.

Je kunt je een gesloten systeem van alleen maar AI voorstellen, maar wat daar zal worden geproduceerd, is onbegrijpelijk voor ons. Dat zie je al in de muziek: AI-muziek zonder menselijke regels als harmonie, melodie en ritme levert random noise op. Dat is een ander universum.’ Daar komt bij dat Memories of Passersby I weliswaar doorlopend nieuwe portretten genereert, maar oneindig is het systeem niet. Zonder nieuwe input van buiten zal het systeem op zeker moment geen nieuwe combinaties meer maken. Klingeman: ‘AI heeft ons nodig, zij voedt zich door ons.’

Sterfelijkheid

Toch is er angst dat technologie mensen overbodig maakt. Niet helemaal uit de lucht gegrepen, want computers zijn in veel gevallen slimmer, sneller en efficiënter – veel menselijke arbeid is al overbodig gemaakt door tech of zal dat worden. Creatief en kunstzinnig werk daarentegen is het menselijk domein bij uitstek, want het is origineel en bezield, niet mechanisch. Klingemann bewijst dat AI wel degelijk creatief en origineel kan zijn en dus iets kan doen waar mensen nooit op zouden zijn gekomen. Maar AI weet zelf niet wat zij gemaakt heeft en kan dit eigen werk zonder bewustzijn niet zelf beoordelen. Toch?

‘Tja,’ zucht Klingemann, ‘hoe beoordeel ik mijn eigen werk? Ik bepaal zelf normen: is iets interessant of origineel? Om dit te bepalen moet dat wat ik heb gecreëerd afwijken van dat wat ik al ken. Een persoonlijke afweging, waarbij iedereen tot een andere conclusie zal komen. Een computer heeft geen bewustzijn, wij geloven dat mensen dat wel hebben. Maar computers kunnen wel de patronen vinden op basis waarvan wij oordelen vormen. Computers weten daarom vaak beter wat wij leuk en mooi vinden dan wijzelf. En ze kunnen ook steeds beter onze emoties herkennen.

Toch zijn mensen nog steeds superieur als het gaat om het complex integreren van verschillende informatiestromen tegelijk, waaronder ook sensorische informatiestromen, die een computer niet heeft. Wat ik aan de andere kant weer leer van AI is dat alles in dat universum multidimensionaal is. Er zijn daar geen harde definities meer en dat is iets wat wij mensen nodig hebben. Wij hebben behoefte aan zekerheden en willen alles categoriseren. Computers zijn meer fluïde en knopen patronen en verschillende categorieën aan elkaar.

In de kunstwereld gaat er dankzij AI een deur open naar nieuwe mogelijkheden. Sommigen nemen die deur, anderen niet. Ik zie AI als een impuls om dingen te veranderen binnen de kunstwereld. Voorlopig als een stuk gereedschap waarmee ik werk. Kunst moet wel menselijk blijven. Als iets volledig machinaal is, is het misschien even interessant als noviteit, maar het spreekt ons niet duurzaam aan.’

Het grootste verschil tussen mens en machine is in Klingemanns optiek dat mensen een bepaalde motivatie hebben om iets te doen. Machines niet, het zijn slaven. ‘Onze grootste drijfveer is onze sterfelijkheid. De enige motivatie die een machine zou kunnen hebben, is een manier vinden om zichzelf van energie te voorzien zonder ons daarbij nodig te hebben. Dat zie ik nog niet zo snel gebeuren.’

Dit was het eerste interview in een vierdelige serie over AI en kunst. Volgende week deel 2: schrijver Ross Goodwin, die AI gebruikt om boeken en gedichten te produceren.