Omdat het dit jaar twee eeuwen geleden is dat Charlotte Brontë werd geboren, vroeg de Amerikaanse schrijfster Tracy Chevalier twintig vrouwelijke auteurs een verhaal te schrijven op basis van dat memorabele zinnetje uit Jane Eyre: ‘Reader, I married him.’

‘Lezer, ik trouwde hem.’ Aldus Jane Eyre op pagina 533 van haar levensverhaal. Het is een van de beroemdste en bevredigendste zinnen uit de wereldliteratuur. Dat kleine, muizige meisje heeft het dan toch voor elkaar gekregen. Gekke Bertha is dood, Mr. Rochester is blind en Jane is dankzij een onverwachte erfenis rijk genoeg om te doen wat ze wil.

Er schuilt iets triomfantelijks in die zin. Of verdedigt ze zich juist voor het feit dat ze nu toch trouwt met de man die haar zo bedonderd heeft? Of daagt ze de lezer uit? ‘Reader, I married him’ valt op verschillende manieren te interpreteren en dat is precies wat er gebeurt in de 21 verhalen die even zo veel schrijfsters schreven ter gelegenheid van Charlotte Brontës 200ste geboortedag.

Reader, I Married Him is de titel van de verhalenbundel en hij werd samengesteld door Tracy Chevalier, die zelf ook een verhaal aanleverde. Deze Amerikaanse auteur (bekendste boek: Meisje met de parel) vroeg aan twintig schrijfsters of ze een verhaal wilden schrijven met als uitgangspunt die beroemde zin. Dat was de enige opdracht. Het resultaat is een verrassende, uiterst gevarieerde verzameling verhalen waarin Mr. Rochester terugkeert als agressieve pitbull in de straten van Londen (Kirsty Gunn), Jane en Edward na hun huwelijk in relatietherapie gaan omdat Jane fantaseert over een geschifte vrouw op zolder (Francine Prose) en Jane en Helen Burns elkaar tegenkomen in een heel eng weeshuis na de Derde Wereldoorlog (Audrey Niffenegger). Om maar wat te noemen.

Ik heb het gevoel dat ze de lezer uitdaagt met die zin: weet je, lezer, ik ben met hem getrouwd en daar heb ik geen spijt van. Ik wilde het zelf

Tracey Chevalier

geen fan fiction

Er zijn ook verhalen die zich afspelen in een Zambiaans dorpje (Namwali Serpell), in Turkije (Elif Shafak) en in een Koreaans-Argentijnse familie (Patricia Park). Huwelijksaanzoeken, bruiloften, tot mislukken gedoemde relaties, er komt van alles voorbij. In sommige verhalen is Jane ver te zoeken en daarmee is Reader, I Married Him allesbehalve doorsnee fan fiction. ‘De lezer moet ervoor werken,’ erkent Tracy Chevalier via Skype vanuit haar Londense werkkamer. ‘De elasticiteit van het concept zal niet iedereen aanspreken. Maar het is een onverwacht groot succes. In Engeland en Amerika wordt het boek heel goed verkocht, tot ieders verbazing.’

Chevalier, die zelf een van de beste verhalen voor de bundel leverde, las Jane Eyre voor het eerst op haar achttiende. ‘Destijds was ik vooral geïnteresseerd in de romance tussen Jane en Rochester. Maar ik ken ook mensen die het lazen toen ze elf of twaalf waren. Zij vonden de schoolscènes op Lowood het indrukwekkendst. Toen ik het onlangs herlas, werd ik gegrepen door de periode waarin Jane dakloos is. Ze heeft Rochester verlaten en is moederziel alleen op de wereld. Ik heb nu lang genoeg geleefd om te weten dat er momenten in je leven zijn waarop zoiets kan gebeuren. Spreek een willekeurige dakloze op straat aan en je staat versteld van zijn verhaal. Het kan ons ook gebeuren. Daar ben ik me nu meer van bewust dan toen ik achttien was. Toen waande ik me onoverwinnelijk.

Nadat ze Rochester heeft verlaten, is ze zo eenzaam, erger kan het niet worden. Hoe werkt ze zichzelf daar weer uit? Dat vind ik fascinerend. Het mooie van herlezen is dat een boek altijd weer anders is. Over twintig jaar geef ik weer een ander antwoord.’

Jane Eyre

underdog

Jane Eyre is honderdzeventig jaar na verschijnen nog altijd immens populair, en niet alleen in Europa en Amerika, zegt Chevalier. ‘Bij de pastorie in Haworth, waar de Brontës woonden, zijn wandelingen over de heide uitgezet. De bordjes langs de routes zijn behalve in het Engels ook in het Japans, zo veel Japanners komen er. Het originele manuscript is door de British Library net uitgeleend aan China, waar het op tournee gaat. Namwali Serpell vertelde me dat ze het boek las als meisje in Zambia en zich erin herkende.

Terwijl het eigenlijk een heel vreemd boek is. Maar Jane zelf spreekt zo veel lezers aan. Ze is een underdog. Geen ouders meer, vreselijk behandeld door haar tante, die afschuwelijke kostschool  waar ze kou en honger lijdt. Maar al die ontberingen maken haar sterk en standvastig. Als Mr. Rochester haar aanbiedt om haar mee te nemen naar Zuid-Frankrijk om daar samen te gaan wonen, zegt ze nee. Terwijl veel vrouwen in haar plaats hadden gezegd: nou, oké! Ze blijft bij haar principes en krijgt uiteindelijk wat ze wil. Dat is zo aantrekkelijk aan haar.’

En dan die zin: ‘Reader, I married him,’ die je op zo veel manieren kunt interpreteren. Van welke school is Tracy Chevalier zelf?
‘Charlotte was een van de eerste schrijvers die de lezer rechtstreeks aansprak. Dat is heel bijzonder. Ik heb het gevoel dat ze de lezer uitdaagt met die zin: weet je, lezer, ik ben met hem getrouwd en daar heb ik geen spijt van. Ik wilde het zelf. Er zit zo veel overtuigingskracht in die regel. Ik heb controle over mijn eigen leven, het is mijn beslissing.’

Chevalier vroeg bewust alleen vrouwen om een bijdrage voor deze bundel. Waarom eigenlijk? Er zullen toch ook mannen zijn die van Jane Eyre houden?
‘Natuurlijk zijn er mannen die het gelezen hebben en goed vinden, maar vrouwen worden er meer door geraakt denk ik. Charlotte Brontë was een van de eerste schrijfsters die succes had onder zulke moeilijke omstandigheden. Bijna niemand wist dat ze dit boek schreef: haar vader niet, haar broer niet, haar vriendinnen uit het dorp niet. Alleen Emily en Anne.

Wij vinden het vanzelfsprekend dat vrouwen boeken kunnen schrijven. Dat hebben we te danken aan mensen zoals zij. We moeten haar dankbaar zijn voor het feit dat ze de weg heeft vrijgemaakt.’


Tracy Chevalier (e.a.): Reader, I Married Him. Stories Inspired by Jane Eyre (HarperCollins). In 2014 verscheen een nieuwe vertaling van Jane Eyre in de
Perpetua-reeks van Athenaeum-Polak & Van Gennep (vertaling: Babet Mossel; nawoord: Marja Pruis).