Elke week tipt de VPRO Boekengids een aantal nieuwe boeken, van Nederlandse romans tot internationale pareltjes en van klassiekers tot non-fictie en dichtbundels. Met deze week nieuwe boeken van Percival Everett, Abbé Prévost en Maja Haderlap.

Percival Everett
James

Eenvoudig, maar briljant: in het zwartkomische, National Book Award-winnende James (Atlas Contact) laat Percival Everett de avonturen van Huckleberry Finn op weg naar vrijstaat Illinois (na)vertellen door diens slaafgemaakte reisgenoot Jim, aangevuld met eigen belevenissen. Vertrouwde scènes als de ontmoeting met oplichtersduo ‘de hertog’ en ‘de koning’ worden zo afgewisseld met overtuigende toevoegingen, zoals die pijnlijk grappige episode waarin James als zanger in een minstrel show terechtkomt, inclusief blackface. Terwijl Everett ondertussen ook de angst en toenemende woede van zijn verteller voelbaar maakt. En dat platte kromtaaltje dat Mark Twain hem in de mond legde? Dat spreekt onze Voltaire lezende held louter zodat de witte mensen zich superieur kunnen blijven voelen, net als álle zwarte personages.

(Dirk-Jan Arensman)

Abbé Prévost
Manon Lescaut

In moderne bewoordingen zou je het een ‘knipperlichtrelatie’ noemen. De hoofdfiguren in deze heerlijke Franse klassieker willen elkaar wel, of niet, of wel, of niet. Abbé Prévost (1697-1763) schreef deze geschiedenis over de onmogelijke liefde tussen de hooggeplaatste Chevalier Des Grieux en de femme fatale Manon Lescaut terwijl hij in Nederland verbleef. Er is veel gespeculeerd over wie model gestaan zou hebben voor het titelpersonage. Mogelijk was het de Haagse courtisane Lenki Eckhardt, schrijft Martin de Haan in de inleiding van zijn nieuwe vertaling van Manon Lescaut (Athenaeum-Polak & Van Gennep). Hij heeft het verhaal prettig opgefrist, al blijft de intrige dik aangezet en gedragen de personages zich alsof ze uit een luidruchtige klucht zijn weggelopen.

(Thomas van den Bergh)

Maja Haderlap
Nachtvrouwen

Wanneer Mira zich vanuit Wenen per auto naar haar geboortedorp in Karinthië begeeft om daar haar honkvaste oude moeder naar een bejaardenhuis zien te krijgen, leidt hun levenslang getroebleerde verstandhouding tot traumatische herinneringen aan een als afgesloten gewaand verleden. Het weerzien met een jeugdliefde blijkt de katalysator die Mira danig in verwarring brengt. In Nachtvrouwen (Cossee) verhaalt de Weense Maja Haderlap (1961), net als in haar deels autobiografische, bekroonde debuutroman De engel van het vergeten, over het hardvochtige bestaan van generaties onderdrukte vrouwen uit de Sloveense minderheid in het zuidelijk grensgebied van Oostenrijk, een achtergestelde, in het verleden door clerus, nazisme en communisme geteisterde bevolkingsgroep. Haderlap beschrijft terloops de breukvlakken en doorgegeven trauma’s in hun levens.

(Maarten van Bracht)

de boekengids in je mailbox?