Maar ook die mening is te horen in De plantage van onze voorouders, geuit door familieleden van Bouva. Duin is niet de vertegenwoordiger van de witte kant van de zaak, en Bouva niet van de zwarte. Beiden hebben ze een persoonlijk verhaal en blijven ze in gesprek met elkaar. Dat is een prettig genuanceerd tegenwicht voor de extreme meningen en boze woorden die vaak de boventoon voeren in het slavernijdebat. ‘Maar die boosheid vind ik ook begrijpelijk,’ zegt Duin. ‘Bij mij zit het er zo ingebakken om kalm te blijven: we doen rustig, we gaan niet schreeuwen. Daardoor blijft ook de status quo behouden: behoudend zijn is niets oprakelen en niets opschudden. Ik vind het wel verfrissend dat Peggy soms wel boos wordt. Peggy, heb ik in de podcast het redelijke midden nou te veel willen opzoeken? Daar twijfel ik nog steeds over.’
‘Nee, ik denk dat je wel een realistisch beeld geeft,’ antwoordt Bouva. ‘Ik denk niet dat je aan sugar-coating hebt gedaan, omdat er ook in de zwarte gemeenschap veel nuances zijn. Een deel is zo boos dat men er niet over kan praten. Een ander deel zegt: ik heb er niets mee. In de podcast zijn alle gevoelens goed weergegeven. Ik vond het ook mooi om te zien dat bij mensen uit Maartjes familie het bewustzijn groeide.’
‘Ik weet dat niet iedereen in mijn familie er blij mee is dat ik dit onderdeel van onze geschiedenis heb uitgeplozen,’ zegt Duin. ‘Ik ben wel zenuwachtig hoe sommigen erop zullen reageren. Die adel is iets waar wij in ons gezin onze schouders een beetje over ophalen, maar dat is ook een privilege, want als we meer over onze voorouders willen weten, kunnen we dat zo vinden. Dat is een pijnlijk contrast met de nazaten van tot slaaf gemaakten.’