In Delikado gaan milieuactivisten de strijd aan met hun regeringsleiders

Het Filipijnse eiland Palawan herbergt een van de oudste, grootste en meest biodiverse regenwouden ter wereld. In tegenstelling tot een groot deel van de rest van de Filipijnen, behoort Palawan in biogeografisch opzicht tot de regio Soendaland. De flora en fauna op het zuidwestelijk gelegen eiland zijn dan ook nauw verwant aan die op het Indonesische eiland Borneo. Met onder meer 58 soorten zoogdieren, 279 vogelsoorten en 69 soorten reptielen wordt Palawan daarom ook wel the last ecological frontier van de Filipijnen genoemd.

Maar gedurende de laatste decennia dreigt die grens te verschuiven. Het regenwoud op het eiland wordt, mede door toedoen van de Filipijnse regering, door illegale houtkap bedreigd. In Delikado, een documentaire van regisseur Karl Malakunas, gaat het lokale Palawan ngo Network Inc. de strijd aan met hun regeringsleiders. Activisten Bobby, Tata en Nieves trekken samen het bos in om houthakkers op te sporen en hun kettingzagen te confisqueren. Deze kettingzagen stapelen ze demonstratief op voor hun hoofdkwartier. Het betreft een bouwwerk dat het dak van de ngo inmiddels is ontstegen.

‘Wat Hawaii is voor de Verenigde Staten, wordt Palawan voor de Filipijnen,’ zegt gouverneur Jose Alvarez in Delikado. ‘In drie jaar tijd heb ik 5580 kilometer aan wegen laten aanleggen. Het zal onze landelijke economie een enorme boost geven.’

Dat die wegen dwars door het regenwoud voeren, benoemt Alvarez niet. ‘De meeste projecten die de gouverneur laat uitvoeren zijn alleen bevorderlijk voor grote bedrijven en het toerisme,’ zegt milieuactivist Bobby in Delikado. ‘Het wegennet voert door het bos, resorts vernielen het kustgebied. De last frontier begint langzaam in de lost frontier te veranderen.’

In de afgelopen tien jaar werden in de Filippijnen 270 land- en milieuactivisten vermoord. In Delikado wordt dat feit andermaal onderstreept als blijkt dat ook het team van Palawan ngo Network Inc. niet ongeschonden blijft.