Rogier Kappers is 52 geworden. Als kind had hij verwacht dat hij tegen die tijd wel beroemd zou zijn. Dat is niet gelukt, vertelt een gortdroge voice-over terwijl we Kappers aan zijn bouwvallige buitenhuisje zien klussen. Toch zou hij zich gelukkig kunnen prijzen: zijn beide ouders leven nog, hij heeft twee zoons van twee exen, hij heeft een goedkope socialehuurwoning, een camperbus, een bakfiets, een scooter, een piano en twee gitaren. Maar gelukkig is hij niet. Zijn leven voelt als een opsomming van grootse plannen die ergens in de uitvoering zijn blijven steken. Nu wil hij het roer omgooien. Hij ziet nog maar één weg voor zich: zijn jongensdroom waarmaken en beroemd glazendraaier worden.
Glazendraaier? Ja, dat is iemand die met natte vingers de randen van een naar toonhoogte opgestelde reeks glazen bespeelt. Dat had hij als negenjarig kind op televisie gezien en heeft hem nooit losgelaten. Dit keer wil hij er echt voor gaan. Eerst als straatmuzikant, later in uitverkochte stadions.