‘Verdachte opgepakt in zaak dode in loods Maastricht,’ kopt een artikel op de site van Omroep Limburg op 17 december 2012. De ‘dode in loods’ was Guido K. Deze Guido werd urenlang gemarteld, is daarna doodgebloed en vervolgens in brand gestoken, aldus de politie. De opgepakte verdachte, dat was Antonio T. Volgens zijn advocaat had hij niets met de moord te maken, maar zowel de rechtbank als het gerechtshof dachten daar anders over: inmiddels zit Antonio al bijna tien jaar vast.
De zaak zou bekend komen te staan als de Maastrichtse loodsmoord en is de nieuwste casus van project Gerede Twijfel van de Vrije Universiteit in Amsterdam, waar NRC nu een podcast over maakt. Onder begeleiding van rechtspsycholoog professor Peter van Koppen analyseren elf studenten de moordzaak uit 2012, om zo te achterhalen of er mogelijk sprake is van dwaling. Hoe waarschijnlijk is het dat Antonio T. onschuldig vastzit?
‘Ik snap dat je dat vraagt,’ zegt onderzoeksjournalist en verteller Bas Haan aan de telefoon, ‘maar ik hoop wel dat je begrijpt dat de podcast daar niet over gaat. Dit soort onderzoeken lijken haast een gezelschapsspel te zijn geworden: op jacht naar rechterlijke dwaling – wie heeft het wél gedaan? Dit project staat daar lijnrecht tegenover. De studenten zoeken niet naar antwoorden, maar naar vragen.’
En vragen zijn er genoeg. Hoe kan het bijvoorbeeld dat rechters, ondanks alle checks and balances van het Nederlandse rechtssysteem, toch nog zo regelmatig de verkeerde beslissingen nemen? Wat vertellen de bewijsmiddelen in de zaak Antonio T. nu echt? En waarom onderzocht justitie nooit serieus of Antonio’s verhaal wel klopt?
‘Voor een deel gaat het hier om fouten die voorkomen hadden kunnen worden,’ zegt Haan. ‘De officier van justitie heeft deze zaak zo graag rond willen breien, dat hij allerlei belangrijke aanwijzingen onterecht niet heeft uitgezocht. Maar daarnaast is er ook sprake van ongelofelijke personeelstekorten en werken politie en justitie onder grote maatschappelijke en publicitaire tijdsdruk. Er wordt van ze geëist dat ze de dader pakken. Met andere woorden: ga er maar aan staan.’
Verwacht van Gerede twijfel dus geen justitiële klopjacht, maar wel gedegen wetenschappelijk onderzoek van een groep prettig ongenuanceerde twintigers (‘What the fuck is er eigenlijk gebeurd?’). ‘En natuurlijk wordt een hardcore moordonderzoek dan vanzelf hartstikke spannend,’ aldus Haan.
En dat is maar goed ook, want laten we eerlijk zijn: het blijft toch een beetje dat spannende gezelschapsspel wat de abstracte systeemkritiek het luisteren waard maakt.