Elke week tipt de VPRO Boekengids een aantal nieuwe boeken, van Nederlandse romans tot internationale pareltjes en van klassiekers tot non-fictie en dichtbundels. Met deze week nieuwe boeken van Luc Panhuysen, Kathryn Scanlan en Wim Kayzer.

Luc Panhuysen
De burgerbaron

Een anonymus initieerde in 1781 met het pamflet Aan het volk van Nederland, een vlammende oproep tot burgerparticipatie die stapelgewijs door geblindeerde postkoetsen werd aangevoerd en in steden verspreid, de zogeheten Patriottenstrijd, tegen de Oranjes en duistere, feodale praktijken van adellijke bestuurders, en vóór transparantie en meer democratie. Pas een eeuw later stond de auteur vast: de Overijsselse ‘kale jonker’ Joan Derk van der Cappellen, wiens ‘ongebruikelijke route naar zijn bloei’ treffend en boeiend door Luc Panhuysen wordt verhaald in De burgerbaron (Atlas Contact). Die route was lang en moeizaam: toetreding tot de Staten van Overijssel, agerend en publicerend tegen misstanden en eigenbelang, en vóór algemeen en landsbelang. ‘Mensen als Joan Derk zijn een zegen.’

(Maarten van Bracht)

Kathryn Scanlan
Vier de teugels

De gefictionaliseerde memoires van een paardentrainster, opgedeeld in (zeer) korte vignetten. Klinkt niet veelbelovend? Kathryn ScanlanVier de teugels (Van Oorschot), gebaseerd op interviews met vertelster Sonia, is een adembenemend authentiek én kunstig inkijkje in een leven en de wonderlijke wereld van de paardenrenbaan. We lezen hoe Sonia, in een pauperstadje in Iowa opgegroeid, troost vindt bij haar eerste paard, Rowdy. En hoe ze door haar paardenliefde in een bikkelharde machosubcultuur terechtkomt. Eentje waarin jockeys kotskunstenaars worden om op vedergewicht te blijven en zij na een verkrachting met een slagersmes slaapt, maar waar ook onverwachte camaraderie en magie heerst. Van zon- en schaduwzijden doet ze even broodnuchter verslag, in tekstjes die herinneren aan Lydia Davis en Willy Vlautin.

(Dirk-Jan Arensman)

Wim Kayzer
De gelukkigste jaren van de mensen

In het zicht van zijn levenseinde schreef Wim Kayzer deze bundel herinneringen, overpeinzingen en imaginaire dialogen met zijn overleden vriend, auteur Peter Esterházy. Het gaat in De gelukkigste jaren van de mensen (Balans) over het schrijverschap en over sterfelijkheid, wat over dit boek een diep weemoedige glans legt. Gaandeweg ontstaat in dit meanderende proza een eenheid, conform het door Kayzer geformuleerde credo: ‘[ik wil] het leven ordenen, omdat er anders niet goed mee kan worden omgegaan’. Niet door zijn ontmoetingen met grote denkers te memoreren, niet door de Grote Vragen te stellen waar Kayzer om bekend stond, maar juist door te zoeken naar de schijnbaar onbetekenende details, komt hij dichter bij een essentie dan ooit tevoren. 

(Thomas van den Bergh)

de boekengids in je mailbox?