De eerste tijdreisfilm — een verfilming van Mark Twains A Connecticut Yankee in King Arthur's Court (1889) — stamt weliswaar uit 1921, maar vanaf de jaren tachtig barstte het genre pas echt los met The Terminator (1984) en Back to the Future (1985). In de slotaflevering van De kijk van Koolhoven reizen we terug in de tijd, bezoeken we de toekomst en beleven we dezelfde dag steeds opnieuw. Martin Koolhoven ontleedt scènes uit zijn favoriete tijdreisfilms, vertelt hoe Donald Trump filmische bad guys inspireerde en legt tussendoor even uit waarom tijdreizen helemaal niet kan.
Fictieve voorbeelden zijn er echter genoeg en we beginnen met een (auto)reis naar het verleden in Back to the Future. De belangrijkste vraag in dergelijke films: hebben veranderingen in het verleden invloed op de toekomst? En specifieker in het geval van de zeventienjarige Marty McFly in die film: besta ik in het heden als mijn ouders mij nooit verwekken? Het antwoord: nee. In 1955 ontmoet hij ze als twee tieners die elkaar nog niet helemaal hebben gevonden. Aan Marty de taak om zijn eigen geboorte veilig te stellen, wat lastig wordt wanneer zijn eigen moeder eerst verliefd op hem wordt. Waarom Marty’s ouders zich niet herinneren dat ze in de jaren vijftig iemand kenden die sprekend op hun zoon leek? Tijdreisfilms zijn per definitie paradoxaal.
In The Terminator draait de plot bovendien om de predestinatieparadox. Dat wil zeggen: iemand gaat terug in de tijd en deze gebeurtenis leidt vervolgens tot het moment dat deze persoon naar het verleden reist. Het creëert een causale loop zonder duidelijk begin en einde. Vrije wil bestaat niet, want de tijdreiziger gaat telkens een vastgestelde lotsbestemming tegemoet.
Klinkt dat allemaal nogal abstract? Geen zorgen, Koolhoven is een stuk concreter en analyseert bijvoorbeeld het gebruik van subjectieve en objectieve camerashots in een iconische scène uit The Terminator. Het mechanische titelpersonage uit de toekomst (Arnold ‘I’ll be back’ Schwarzenegger) jaagt op Sarah Connor (de toekomstige moeder van verzetsleider John Connor) in een ultieme jarentachtigclub, maar gelukkig is daar Kyle Reese (een verzetsstrijder gestuurd door John om Sarah en daarmee zichzelf te redden). Is dat nog steeds vaag? Des te meer reden om The Terminator in de nabije toekomst te (her)bekijken, want het blijft de beste tijdreisfilm tot nu toe.