Zijn de gloriedagen van het New Yorkse Chelsea Hotel definitief voorbij? De weemoedige docu Dreaming Walls doet het ergste vermoeden.

Een verkrachting in slow-motion, zo noemt een bejaarde bewoner van het Chelsea Hotel de renovatie die zich al ruim tien jaar voortsleept. Een buurvrouw, even oud en excentriek, weet wel waarom de klus maar niet af komt: de vele geesten die hier rondwaren verzetten zich ertegen. Dat beaamt zelfs een van de bouwvakkers, die tijdens het werken een onrustige energie zegt te ervaren.

In de documentaire Dreaming Walls: Inside the Chelsea Hotel (2022) staat nu eens niet de roemruchte geschiedenis van het monumentale hotel/appartementencomplex in New York centraal, maar het onzekere heden. Rond 2008 besloot een nieuwe eigenaar het pand te transformeren van shabby kunstenaarsparadijs tot luxe boetiekhotel, en sindsdien is het laatste restje vaste bewoners in rep en roer. De film, mede geproduceerd door Martin Scorsese, schetst een mooi weemoedig portret van dit onverzettelijke clubje bohemiens. Belgische regisseurs Amélie Van Elmbt en Maya Duverdier hanteren een losse, poëtische stijl die aansluit bij eerdere films over het hotel, zoals Andy Warhols experimentele Chelsea Girls (1966), maar die ook wel het nodige van de kijker vraagt. Verklarende tekstjes of voice-overs zijn er niet, en de historische context wordt als bekend beschouwd. Misschien wel handig dus om het geheugen nog even op te frissen – wat moet je vooraf weten?

Het elf verdiepingen hoge Hotel Chelsea, in hartje Manhattan, werd in 1883 gebouwd als wooncoöperatie en pas later ook gebruikt als regulier hotel. Van meet af aan werden vooral kunstzinnige types aangetrokken, of die nu slechts een poosje op retraite wilden of zich jarenlang wilden vestigen. Tot de eerste beroemde gasten behoorden Mark Twain en Oscar Wilde, en in latere jaren kwam zowat elke schrijver, schilder of muzikant die New York aandeed wel een keer langs, al was het maar voor een feestje. Het leverde een constante stroom smeuïge verhalen op – over de onenightstand van Leonard Cohen en Janis Joplin bijvoorbeeld, en over punkiconen Sid Vicious en Nancy Spungen die er dood werden aangetroffen. Dat het hotel in de loop der tijd steeds verder verloederde, droeg alleen maar bij aan de cultstatus – een status die ook decennialang actief in stand werd gehouden door manager Stanley Bard, die niet te moeilijk deed over wanbetalers en dubieus gedrag.

Dezer dagen is er dus nog een handjevol van die oude garde over, veelal beschermd door stevige huurcontracten waar het nieuwe management niet omheen kan. Een leuk stukje folklore voor de nieuwe logés, die sinds de heropening 500 tot 2000 dollar betalen voor een nachtje Chelsea. Nog even, dan komen ook de laatste kostbare kamers vrij en kunnen alleen de spoken nog getuigen van de goeie ouwe tijd.

Dreaming Walls

donderdag 14 november

VRT CANVAS 22.55-0.10

de nieuwste documentairetips in je mailbox?